“Morgenochtend om 6 uur”, vertelde hij me. “Om 6 uur hoor, niet later want anders zien ze ons gaan.” Nou heb ik Buurman altijd al een beetje zonderling gevonden, anders dan anderen. Maar “Anders zien ze ons gaan”……ik kon alleen maar denken Nou, En. Maar goed, de andere morgen om 6 uur was ik bij hem en gingen we Paddenstoelen zoeken. U kent dat Tsjechische ritueel wellicht: rieten mandje, witte katoenen doek, mes, kaplaarzen en vooral morgens voor dag en dauw. Vaak hadden ze in het dorp aan mij gevraagd of wij in Nederland ook Paddenstoelen gingen zoeken in het bos en keek men vreemd op als ik vertelde dat het bij ons niet mocht, en ik dus daardoor ook nooit geleerd had welke wel en welke niet mee te nemen. Dus had Buurman mij uitgenodigd voor dit ritueel, morgens om 6 uur.
Toen ik bij hem kwam met (volgens de instructies) de benodigde spulletjes, zag ik dat Buurman twee mandjes had klaarstaan en zowaar….. de grootste mand zat al vol Paddenstoelen, en wat voor…. Hele grote Paddenstoelen dus!!! Ik vroeg hem waarvoor dat diende en hij zei; ”Dat zie je nog wel”. Welnu, na beide een kleine rituele ochtend fernet genomen te hebben (ja ja, en nu geen koude koffie hoor T te Z !!) gingen we op stap. Ik ken de bossen rondom mijn huis redelijk goed en we vertrokken richting Lodrand. Aan de rand van het bos liep Buurman naar een omgevallen boomstronk en daar zette hij de grootste mand, met de Paddenstoelen onder, en dekte de zaak af met wat losliggende takken en varenbladeren. “ Zo’, zei hij “Die hoeven we het hele eind niet bij ons te houden” en wederom negeerde hij mijn vragende blik. Goed, ok, prima, kon mij het ook schelen. Paddenstoelen zoeken dus………
Ik begon dus in een soort slenterpas rond te lopen onderhand naar de grond starend en zoekend naar Paddenstoelen. Nu was ik al eens eerder met andere mee geweest en wist dat het nog niet eens meevalt om in het bos, morgens om 6 uur na een fernet überhaupt die krengen te vinden. Qua kleur zouden ze best wat meer mogen opvallen, qua vindplaats zouden ze best wat meer in de buurt van de paden mogen gaan groeien; maar, ik denk dat dit allemaal bij het spel hoort. En als ik er dan eindelijk een vind, zal de meelopende Tsjech mij moeten vertellen of deze eetbaar is of niet (trouwens…..dat zijn ze allemaal…!! Maar de vraag is hoe vaak kan je ze na de eerste keer nog eten !!) alvorens ik overga tot het ritueel van plukken; voorzichtig vast pakken, met het mes net boven de wortels de steel afsnijden, en met de witte doek eventuele grond of andere verontreinigen afvegen om hem vervolgens alsof het een baby is in de mand te leggen. Welnu, terwijl ik dus in de “Paddestoelen-zoek-stand” begon te lopen zag ik Buurman er de pas in zetten. Ik dus achter hem aan terwijl ik vroeg waar hij heen rende. “Ik weet waar er veel staan, kom maar op.” Zei hij, dus wij op weg. Ik zei al dat ik het bos redelijk goed ken rondom Jaroslav en zag dus dat we helemaal naar de andere kant liepen, zeg maar om Jaroslav heen. Ik vond dat erg vreemd vanzelf maar goed, Buurman wist waar de meeste Paddenstoelen zaten dus ik hield wijselijk mijn mond.
Na een tijdje kwamen we inderdaad in een stuk bos aan de andere zijde van Jaroslav en daar begonnen we dus te zoeken. Zoals gezegd moest ik telkens de Buurman van zijn pad afhalen als ik er weer een zag en heb, voor de goede orde en rust, veel Paddenstoelen laten staan….. Na een ruim uurtje zoeken was zijn mandje al vol en de mijne half en, hoewel dat eigenlijk ten strengste verboden is, hebben we van mand geruild. Jawel, verboden omdat ieder zijn eigen Paddenstoelen dient te zoeken. Na nog eens een klein uurtje struinen en slenteren door het bos, en ik geef jullie op een briefje, dat dat echt heerlijk is. De rust, de stilte, op zijn tijd zie je ineens een hert of een varken in het struikgewas wegschieten. Echt perfect en als je ooit gevraagd wordt, meegaan. Nadat we dus genoeg hadden zei de Buurman “ Kom, dan gaan we naar huis”, en ging hij voorop. Weer het hele stuk rondom Jaroslav terug naar het deel waar we het bos ingegaan waren. Daar nam hij de achtergelaten grote mand vol Paddenstoelen weer met zich mee en hij herschikte in zijn twee mandjes alles zo, zodat de grootste Paddenstoelen bovenop lagen. Het begon bij mij te dagen….
Toen we uit het bos kwamen en een stukje door het dorp liepen kwamen we andere mensen tegen die ook terugkwamen en ook nog die nog moesten gaan zoeken. Uiteraard werd er in onze manden gekeken en vol bewondering keken ze naar die grote joekels van m’n Buurman. Normaal gesproken verteld men de vindplaats niet aan elkaar maar nu ging hij in geur en kleur staan vertellen dat we bij de Lodrand waren geweest en hij knipoogde naar mij. Toen we bij hem thuis nog maar een fernet namen op de goede afloop zei hij “En zo heb ik morgen ook weer Paddenstoelen en neemt een ander ze niet mee…..”
Die Buurman, toch inderdaad een beetje een aparte.
Toen ik bij hem kwam met (volgens de instructies) de benodigde spulletjes, zag ik dat Buurman twee mandjes had klaarstaan en zowaar….. de grootste mand zat al vol Paddenstoelen, en wat voor…. Hele grote Paddenstoelen dus!!! Ik vroeg hem waarvoor dat diende en hij zei; ”Dat zie je nog wel”. Welnu, na beide een kleine rituele ochtend fernet genomen te hebben (ja ja, en nu geen koude koffie hoor T te Z !!) gingen we op stap. Ik ken de bossen rondom mijn huis redelijk goed en we vertrokken richting Lodrand. Aan de rand van het bos liep Buurman naar een omgevallen boomstronk en daar zette hij de grootste mand, met de Paddenstoelen onder, en dekte de zaak af met wat losliggende takken en varenbladeren. “ Zo’, zei hij “Die hoeven we het hele eind niet bij ons te houden” en wederom negeerde hij mijn vragende blik. Goed, ok, prima, kon mij het ook schelen. Paddenstoelen zoeken dus………
Ik begon dus in een soort slenterpas rond te lopen onderhand naar de grond starend en zoekend naar Paddenstoelen. Nu was ik al eens eerder met andere mee geweest en wist dat het nog niet eens meevalt om in het bos, morgens om 6 uur na een fernet überhaupt die krengen te vinden. Qua kleur zouden ze best wat meer mogen opvallen, qua vindplaats zouden ze best wat meer in de buurt van de paden mogen gaan groeien; maar, ik denk dat dit allemaal bij het spel hoort. En als ik er dan eindelijk een vind, zal de meelopende Tsjech mij moeten vertellen of deze eetbaar is of niet (trouwens…..dat zijn ze allemaal…!! Maar de vraag is hoe vaak kan je ze na de eerste keer nog eten !!) alvorens ik overga tot het ritueel van plukken; voorzichtig vast pakken, met het mes net boven de wortels de steel afsnijden, en met de witte doek eventuele grond of andere verontreinigen afvegen om hem vervolgens alsof het een baby is in de mand te leggen. Welnu, terwijl ik dus in de “Paddestoelen-zoek-stand” begon te lopen zag ik Buurman er de pas in zetten. Ik dus achter hem aan terwijl ik vroeg waar hij heen rende. “Ik weet waar er veel staan, kom maar op.” Zei hij, dus wij op weg. Ik zei al dat ik het bos redelijk goed ken rondom Jaroslav en zag dus dat we helemaal naar de andere kant liepen, zeg maar om Jaroslav heen. Ik vond dat erg vreemd vanzelf maar goed, Buurman wist waar de meeste Paddenstoelen zaten dus ik hield wijselijk mijn mond.
Na een tijdje kwamen we inderdaad in een stuk bos aan de andere zijde van Jaroslav en daar begonnen we dus te zoeken. Zoals gezegd moest ik telkens de Buurman van zijn pad afhalen als ik er weer een zag en heb, voor de goede orde en rust, veel Paddenstoelen laten staan….. Na een ruim uurtje zoeken was zijn mandje al vol en de mijne half en, hoewel dat eigenlijk ten strengste verboden is, hebben we van mand geruild. Jawel, verboden omdat ieder zijn eigen Paddenstoelen dient te zoeken. Na nog eens een klein uurtje struinen en slenteren door het bos, en ik geef jullie op een briefje, dat dat echt heerlijk is. De rust, de stilte, op zijn tijd zie je ineens een hert of een varken in het struikgewas wegschieten. Echt perfect en als je ooit gevraagd wordt, meegaan. Nadat we dus genoeg hadden zei de Buurman “ Kom, dan gaan we naar huis”, en ging hij voorop. Weer het hele stuk rondom Jaroslav terug naar het deel waar we het bos ingegaan waren. Daar nam hij de achtergelaten grote mand vol Paddenstoelen weer met zich mee en hij herschikte in zijn twee mandjes alles zo, zodat de grootste Paddenstoelen bovenop lagen. Het begon bij mij te dagen….
Toen we uit het bos kwamen en een stukje door het dorp liepen kwamen we andere mensen tegen die ook terugkwamen en ook nog die nog moesten gaan zoeken. Uiteraard werd er in onze manden gekeken en vol bewondering keken ze naar die grote joekels van m’n Buurman. Normaal gesproken verteld men de vindplaats niet aan elkaar maar nu ging hij in geur en kleur staan vertellen dat we bij de Lodrand waren geweest en hij knipoogde naar mij. Toen we bij hem thuis nog maar een fernet namen op de goede afloop zei hij “En zo heb ik morgen ook weer Paddenstoelen en neemt een ander ze niet mee…..”
Die Buurman, toch inderdaad een beetje een aparte.