500 gr bloem
125 gr (room)boter
100 gr suiker
3 eierdooiers
40 gr verse gist
1/4 l melk
50 gr rozijnen
50 gr geschaafde amandelen + event. handvol walnoten (grof gehakt)
1 zakje vanillesuiker
geraspte citroenschil
mespunt suiker
snufje anijs
1 ei
poedersuiker
saté stokjes
In een kommetje verse gist doen en losmaken, 1 el suiker en 1 el bloem erbij doen en mengen. Dan 1 kopje lauwe melk toevoegen en losroeren, op een warme plaats afgedekt laten rijzen.
In een grote kom bloem vermengen met een mespunt zout, citroenschil, vanille suiker en citroenrasp doorheem mengen. Boter verwarmen tot het dik vloeibaar is, iets laten afkoelen, losgeklopte eierdooiers en rest van de suiker toevoegen. Vermengen met bloem en tot een stevig deeg bereiden (zoals bij paasbrood), met bloem bestrooien en afgedenkt met een theedoek nog verder laten rijzen.
Oven laten voorverwarmen op 190 graden.
Kneed nu rozijnen en deel van amandelen (of walnoten) door het gerezen deeg en verdeel het in 9 stukken. Maak van elk stuk een lange dunne rol. Vlecht eerst 4 rollen, leg het voorzichtig op de ingevette bakplaat (bakpapier kan ook) en vlak het in het midden met de hand wat af. Leg daarop een vlecht van 3 rollen, vlak deze in het midden wat af, laat de zijkanten iets breder. Leg hierboven op de 2 gevlochten rollen, de uiteinden aan de onderkant vastdrukken, zodat ze niet losgaan.
Laat het brood nog 10 minuten rijzen, bestrijk het met losgeklopte ei en strooi er amandelstrooisel over. Steek vanaf boven op een afstand van ong. 8 cm saté stokjes er in zodat bovenlagen niet afglijden tijdens het bakken. De baktijd bedraagt 45-60 minuten, als je een saté stokje uittrekt voel je of het deeg al doorgebakken is en het stokje droog.
Afgekoelde Vánočka bestrooien met poedersuiker.
125 gr (room)boter
100 gr suiker
3 eierdooiers
40 gr verse gist
1/4 l melk
50 gr rozijnen
50 gr geschaafde amandelen + event. handvol walnoten (grof gehakt)
1 zakje vanillesuiker
geraspte citroenschil
mespunt suiker
snufje anijs
1 ei
poedersuiker
saté stokjes
In een kommetje verse gist doen en losmaken, 1 el suiker en 1 el bloem erbij doen en mengen. Dan 1 kopje lauwe melk toevoegen en losroeren, op een warme plaats afgedekt laten rijzen.
In een grote kom bloem vermengen met een mespunt zout, citroenschil, vanille suiker en citroenrasp doorheem mengen. Boter verwarmen tot het dik vloeibaar is, iets laten afkoelen, losgeklopte eierdooiers en rest van de suiker toevoegen. Vermengen met bloem en tot een stevig deeg bereiden (zoals bij paasbrood), met bloem bestrooien en afgedenkt met een theedoek nog verder laten rijzen.
Oven laten voorverwarmen op 190 graden.
Kneed nu rozijnen en deel van amandelen (of walnoten) door het gerezen deeg en verdeel het in 9 stukken. Maak van elk stuk een lange dunne rol. Vlecht eerst 4 rollen, leg het voorzichtig op de ingevette bakplaat (bakpapier kan ook) en vlak het in het midden met de hand wat af. Leg daarop een vlecht van 3 rollen, vlak deze in het midden wat af, laat de zijkanten iets breder. Leg hierboven op de 2 gevlochten rollen, de uiteinden aan de onderkant vastdrukken, zodat ze niet losgaan.
Laat het brood nog 10 minuten rijzen, bestrijk het met losgeklopte ei en strooi er amandelstrooisel over. Steek vanaf boven op een afstand van ong. 8 cm saté stokjes er in zodat bovenlagen niet afglijden tijdens het bakken. De baktijd bedraagt 45-60 minuten, als je een saté stokje uittrekt voel je of het deeg al doorgebakken is en het stokje droog.
Afgekoelde Vánočka bestrooien met poedersuiker.