Brand in Breda (Opava)

Welkom op Tsjechie.net

Het Tsjechisch Forum, in een nieuw jasje!

Gisteren is in Opava / Tsjechië grote brand geweest in plaatselijke warenhuis Breda. Het warenhuis stamt uit 1928 en was toen de tijd het grootste warenhuis in Tsjechoslowakije.

Weet iemand hoe ze op de naam Breda komen? Heeft het iets te maken met Breda in Nederland?
 

Bijlagen

  • 36907-breda.jpg
    36907-breda.jpg
    11,8 KB · Bekeken: 23
Dat heb ik ook gelezen, maar de vraag is: hoe komt Max Breda op zijn achternaam?
 

Bijlagen

  • 36911-A041219_NAD_BREDAV_V.jpg
    36911-A041219_NAD_BREDAV_V.jpg
    20,6 KB · Bekeken: 29
Opereerd Breda zelfstandig, of gaat het heden ten dagen ook al als Tesco of iets dergelijks door het leven?
 
Eigenaar is BREDA HOLDING A.S. Ik kan niet snel vinden of het een onderdeel is van een groot concern o.i.d.
 
Voor degenen die Rudolf's link (toch altijd weer prachtig, zo'n Rudolf die alles weet te vinden...) in 't Tsjechisch niet weten te ontcijferen: de herkomst van Max Breda is dus onduidelijk; ze komen niet verder dan herkomst uit een Joods geslacht elders in de dubbelmonarchie - nog geen link met Nederland.

Zou Breda Holding a.s. een gerestitueerd bedrijf zijn?
 
Vašek schreef:
maar de vraag is: hoe komt Max Breda op zijn achternaam?

wachl van zijn vader gekregen bij zijn geboorte
grin.gif
 
Oudste foto die ik heb kunnen vinden, het moet zijn van rond 1900. Firma Breda & Weinstein zit in Opava sinds 1898.
 

Bijlagen

  • 36966-stara podoba.jpg
    36966-stara podoba.jpg
    41 KB · Bekeken: 29
Op zoek naar link Breda - Tsjechië kom ik Jan Rudolf Breda tegen. Ik weet niet of het mogelijk familie van Max Breda is, maar leek mij interessant om te vermelden.

Jan Rudolf Breda, Nederlander en legerofficier, is tijdens de dertigjarige oorlog in Tsjechië blijven hangen.
Na de moord op Albrecht Valdštejn (de toenmalige eigenaar) is Jan Rudolf Breda in 1634 in bezit gekomen van kasteel Lemberk.
De Breda’s wilden van het kasteel een familie residentie maken. In 1660-1680 hebben ze kasteel grondig laten verbouwen in barokstijl.

Kasteel Lemberk is in familiehanden gebleven tot 1726, toen is alles verkocht aan Filip Josef Gallas. Op laatst werd kasteel bewoond door Benedikta (weduwe van Kryštof Rudolf Breda) met haar zoon Hartvík Mikuláš Breda.


Zámek Lemberk gelegen in Jablonné v Podještědí is de moeite waard om eens te bezichtigen als je in de buurt bent.
 

Bijlagen

  • 36970-lemberk.jpg
    36970-lemberk.jpg
    40,7 KB · Bekeken: 13
Knappe prestatie, Vasek! Is nogal moeilijk zoeken, met zo'n plaatsnaam als achternaam, en nog wel zonder 'van' ervoor, dan krijg je een hoop ruis met Google. Nu nog de link vaststellen van deze oude Breda's naar de iets minder oude Max Breda. Spannend! Als we een resultaat hebben, zouden we dat naar Breda Holding moeten sturen, kunnen ze hun site updaten.
ps die Gallas familie heeft ook Frydlant in bezit gehad.
 
Tot nu toe kan ik geen enkele Nederlandse site vinden die iets te melden heeft over Jan Rudolf Breda (of z'n nakomelingen). Hoe is Jan Rudolf in Tsjechië verzeild geraakt?
De site van het kasteel maakt er wel melding van dat hij Nederlandse en Italiaanse meesters naar 't kasteel heeft gehaald voor de verbouwing; dus hij zal wel een band met Nederland hebben gehad/gehouden. Interessant! Zoveel Nederlanders zijn er niet geweest die het in de Tsjechische geschiedenis zo hoog hebben geschopt!
 
Hieronder een beetje historie,

Jan Rudolf Breda patří do velkého zástupu žoldnéřů, kteří v průběhu třicetileté války přišli do Čech a usadili se zde. Roku 1620 se ve vojsku katolické ligy pod velením bavorského kurfiřta zúčastnil bitvy na Bílé hoře, později bojoval i v dalších významných střetnutích jako byla roku 1632 bitva u Lützenu. Roku 1634 zůstal stranou Valdštejnových vyjednávání se Švédy a proto se jej vévodův pád nijak nedotknul a lemberské panství čítající tehdy kromě zámku již 12 vesnic získal do dědičného vlastnictví. I v dalších letech Bredovo bohatství a statky nadále rostlo, náhradou za své vojenské služby císaři (roku 1631 například na vlastní náklady verboval kumpanii jízdy) zabral roku 1634 statky Loukovec nad Jizerou a Kostřice, v Praze si zakoupil Kirchmayerovský palác. Roku 1637 byl povýšen na podmaršálka, svobodného pána a současně získal český inkolát. Konce války se však nedočkal, padl u Biegenhainu v Hessensku.

Z manželství s Annou Kateřinou z Donína po Janu Rudolfovi zůstali nezletilí synové Jan Reinhardt Mořic, Kryštof Rudolf a Ferdinand Vilém, kteří se rodinného majetku ujali roku 1652. Ferdinand padl roku 1659 v souboji, Mořic zemřel o rok později. Nejstarší z bratří Kryštof Rudolf pokračoval v rodinné tradici službou v císařském vojsku, kde dosáhl hodnosti plukovníka, roku 1674 jej císař Leopold I. povýšil do hraběcího stavu. Pro stále bohatší a významnější rod již renesanční zámek nepředstavoval důstojnou rezidenci, proto jej v letech 1660-80 nechal hrabě Kryštof přestavět v duchu raného baroka.

Bredové jsou tradičně podáváni jako krutá a nelítostná vrchnost, není tedy divu že se roku 1680 Lembersko připojilo k velkému nevolnickému povstání. Obyvatelé deseti z dvanácti vesnic na panství sepsali petici císaři Leopoldu I., který toho roku pobýval v Praze. Selská deputace byla na zásah Kryštofa Bredy v Praze zatčena a vesničané odpověděli odepřením roboty, nepomohl ani zásah vojáku hraběti Piccolominiho. Teprve po několika dnech se většina rolníků ukrytých v lesích vrátila do svých usedlostí, vůdcové byli na Lemberku u vězněni a ostatní museli složit slib poslušnosti. Mezitím hrabě Kryštof zemřel a správy panství se ujala jeho manželka Benedikta z Ahfeldu a po dosažení plnoletosti roku 1687 i jejich syn Hartvík Mikuláš, který jej držel až do své smrti roku 1723. Jeho dědicové prodali o tři roky později Lemberk Filipu Josefu hraběti Gallasovi, poslednímu mužskému příslušníku rodu.
 
Wat ik er van begrijp, hoeven de CZ en NL ambassades niet gelijk vreugdevolle Jan Rudolf Breda-herdenkingen te gaan houden als uiting van eeuwenlange band tussen de beide landen, als de man zo ongeliefd was (wrede en onbarmhartige heersers waar de Lemberkers tegen in opstand zijn gekomen).
Helaas verteld het verhaal niet precies waar JR vandaan is gekomen, ja, uit Nederland, maar uit wat voor achtergrond?
En begrijp ik uit het bovenstaande dat deze tak van de Breda's is uitgestorven en daarmee dus niet tot 'onze' Max Breda geleidt kan hebben? (ik zie daar trouwens ook nog een andere breuk: JR was katholiek, Max Joods).
 
Ook in geschiedenis van Chotěboř (bij Havlíčkův Brod) duikt zo’n rotzak van Breda op:

Od roku 1683 vlastní panství hrabě Vilém Leopold Kinský, který nechal v Chotěboři postavit zámek. V 18. století byli postupně majiteli Chotěboře František Ferdinand Kinský, Karel Joachim Breda (známý vydřiduch proslulý krutým utiskováním svých poddaných), Gustav Hanibal z Oppersdorfu a Jan Zebo z Brachfeldu. Roku 1808 převzal panství manžel jeho neteře Josef Vančura z Řehnic a po roce 1836 se novými vlastníky města i zámku stali pánové Dobřenští z Dobřenic, kteří drželi zámek i velkostatek až do konfiskace v roce 1948.
 
hellepie, Vasek, kan je die zin tussen haakjes even vertalen want wat deze Breda nou weer voor 'kruty's uitgehaald heeft kan ik niet helemaal volgen...
 
Leuk al die informatie, ben regelmatig langs Opava gereden en me afgevraagd hoe die grote neonreclame van BREDA daar op een gebouw deed...
 
Bartiku schreef:
hellepie, Vasek, kan je die zin tussen haakjes even vertalen want wat deze Breda nou weer voor 'kruty's uitgehaald heeft kan ik niet helemaal volgen...
Bekende uitzuiger bekend door zijn wrede onderdrukking van zijn onderdanen.
 
Bekend Tsjechisch dichter/schrijver Jaroslav Vrchlický (1853-1912) heeft in zijn bundel Selské balady (Boeren ballades) al in 1885 geschreven over onderdrukking van de boeren tijdens het bewind van Breda’s.

Een ballade heet: HRABĚ BREDA.

Deze graaf Breda knipte het haar af van de meisjes en vrouwen als ze de belasting niet konden betalen. Het haar verkocht hij vervolgens om zo alsnog aan zijn geld te komen.
Het liep met hem echter niet zo best af. Het laatste meisje met haar die er overbleef, heeft hem gewurgd.
 
Bovenaan