Het begin van een kort voorjaar 1968
In de jaren '60 is de Communistische Partij van Tsjechoslovakije (CPT) al flink progressief door kleine vernieuwingsideeën. Partijleiders kijken zelfvoldaan terug op twintig jaar socialistische opbouw. Tsjechoslowakije stelt het economisch relatief goed en behoort tot de meest ontwikkelde landen.
Een ernstige landbouwcrisis in 1967-68 zorgt echter voor problemen. Ongenoegen broeit. Blijkt dat de communisten onvoldoende voeling hebben met de boeren en arbeiders.
Vernieuwers nemen belangrijke posten binnen de partij en in de media. Ze profiteren van een groeiend ongenoegen en kunnen openlijk hun vernieuwingsideen verspreiden.
Praag ontwaakt.
Begin 1968 wordt Alexander Dubcek unaniem tot eerste secretaris van de CPT verkozen, ter vervanging van Antonin Novotny, sinds 1953 aan de leiding en een volgeling van Brezjnev, een echte 'chef' van de 'moederpartij' in Moskou. De vernieuwers verkiezen Dubcek omdat ze weten dat hij een acceptabel figuur is.
De communisten die vooral in Slowakije nog een sterke kracht vormen, kiezen voor Dubcek omdat het een Slowaak is!
De vernieuwers lanceren Dubcek in de media en een wind van verademing gaat door de republiek. Ze willen een volksbeweging op gang brengen om grote 'veranderingen' te realiseren. Ze eisen de samenroeping van een buitengewoon Congres van de CPT waar op dagorde staat: schrapping van de leidende rol van de Communistische Partij.
Jiri Pelikan is een van de leidende krachten van de vernieuwers. In een voorbereidend rapport voor dit congres stelt hij: "Aangezien er binnen het Nationaal Front ook niet-communistische partijen zijn is het dringend nodig dat de CPT als politieke partij loskomt van het klassieke (communistische) type en een tussenweg kiest, een zgn. menselijk socialisme
Dubcek lanceert de slogan "voor een socialisme met een menselijk gezicht", in een verlichting van humanisme gewikkeld.
Als leider van de partij gebruikt Dubcek zijn invloed om de bevolking voor deze verlichting te winnen.
De spanning stijgt.
In Praag krijgen de tuiniers van de Praagse Lente een steeds grotere invloed en sympathie bij de bevolking.In Praag overheerst een gevoel van een vrijheids-tussenmodel
Echter in de nacht van 20 augustus 1968 trekken de troepen van het Warschaupact Tsjechoslovakije binnen. De Sovjet-Unie, Polen, Hongarije en Bulgarije leveren troepen. Roemenië weigert. De troepen van de DDR houden zich tactisch buiten de grenzen.Een drama is gestart.....
In de jaren '60 is de Communistische Partij van Tsjechoslovakije (CPT) al flink progressief door kleine vernieuwingsideeën. Partijleiders kijken zelfvoldaan terug op twintig jaar socialistische opbouw. Tsjechoslowakije stelt het economisch relatief goed en behoort tot de meest ontwikkelde landen.
Een ernstige landbouwcrisis in 1967-68 zorgt echter voor problemen. Ongenoegen broeit. Blijkt dat de communisten onvoldoende voeling hebben met de boeren en arbeiders.
Vernieuwers nemen belangrijke posten binnen de partij en in de media. Ze profiteren van een groeiend ongenoegen en kunnen openlijk hun vernieuwingsideen verspreiden.
Praag ontwaakt.
Begin 1968 wordt Alexander Dubcek unaniem tot eerste secretaris van de CPT verkozen, ter vervanging van Antonin Novotny, sinds 1953 aan de leiding en een volgeling van Brezjnev, een echte 'chef' van de 'moederpartij' in Moskou. De vernieuwers verkiezen Dubcek omdat ze weten dat hij een acceptabel figuur is.
De communisten die vooral in Slowakije nog een sterke kracht vormen, kiezen voor Dubcek omdat het een Slowaak is!
De vernieuwers lanceren Dubcek in de media en een wind van verademing gaat door de republiek. Ze willen een volksbeweging op gang brengen om grote 'veranderingen' te realiseren. Ze eisen de samenroeping van een buitengewoon Congres van de CPT waar op dagorde staat: schrapping van de leidende rol van de Communistische Partij.
Jiri Pelikan is een van de leidende krachten van de vernieuwers. In een voorbereidend rapport voor dit congres stelt hij: "Aangezien er binnen het Nationaal Front ook niet-communistische partijen zijn is het dringend nodig dat de CPT als politieke partij loskomt van het klassieke (communistische) type en een tussenweg kiest, een zgn. menselijk socialisme
Dubcek lanceert de slogan "voor een socialisme met een menselijk gezicht", in een verlichting van humanisme gewikkeld.
Als leider van de partij gebruikt Dubcek zijn invloed om de bevolking voor deze verlichting te winnen.
De spanning stijgt.
In Praag krijgen de tuiniers van de Praagse Lente een steeds grotere invloed en sympathie bij de bevolking.In Praag overheerst een gevoel van een vrijheids-tussenmodel
Echter in de nacht van 20 augustus 1968 trekken de troepen van het Warschaupact Tsjechoslovakije binnen. De Sovjet-Unie, Polen, Hongarije en Bulgarije leveren troepen. Roemenië weigert. De troepen van de DDR houden zich tactisch buiten de grenzen.Een drama is gestart.....