Ad Verschoor
Donateur
Rondreis Tsjechië 2015
Zaterdag 18 april (deel 3.) "Zuid-Bohemen is zeker een reis waard"
Na Český Krumlov achter ons gelaten te hebben, rijden we naar een volgende bezienswaardigheid. We hoeven niet zo heel ver te rijden om het Cisterciënzerklooster Zlatá Koruna te bereiken. Het dorp draagt dezelfde naam en telt ongeveer 700 inwoners. Het was Koning Otakar II, die het klooster in 1263 liet bouwen. De naam Zlatá Koruna betekent Gouden Kroon en is gegeven nadat het klooster een doorn uit de doornenkroon van Jezus Christus in bezit kreeg.
Het klooster Zlatá Koruna
Naast het klooster werd een domkerk gebouwd. Het is de op twee na grootste Domkerk in Bohemen. De kerk werd gewijd aan Maria en de stichter Otakar II heeft er zijn laatste rustplaats gekregen. In 1420 werd het gehele complex door brand verwoest en pas twee eeuwen later tezamen met de Mariakerk in barokstijl hersteld. In 1945 werd het klooster tot nationaal monument verklaard. Binnen moeten de verschillende interieurs bijzonder fraai zijn en een rijk verleden uitstralen. Ons valt het gebouw eigenlijk een beetje tegen en voor een rondleiding moeten we nog een uur wachten. Reden voor ons om verder te gaan.
De Mariakerk, behorend tot het klooster
We rijden naar het kleine dorpje Třisov, vanwaar een pad loopt naar de ruïne van kasteel Dívčí Kámen. Om bij de ruïne te komen moet 1,5 kilometer gewandeld worden, waarvan het laatste stuk bergafwaarts is. Omdat dezelfde weg teruggenomen moet worden, besluiten we boven te blijven. Het zicht op de ruïne is ook hier prachtig. Het oorspronkelijk kasteel bevond zich op een rotsklif hoog boven de Vltava (Moldau). Het werd gebouwd in 1349 en was zo'n vijf eeuwen in gebruik, waarna het werd verlaten en al snel in verval raakte. Nu is het één van de grootste ruïnes van Tsjechië.
De ruïne van Dívčí Kámen
Het einde van de middag nadert, maar toch nemen we tijd voor nog een bezoekje aan het historische dorp Holašovice. Het dorp, of eigenlijk boerengehucht, telt slechts 150 inwoners en in een grijs verleden zijn dit er zelfs twee geweest. De oorzaak ervan was de pest, die heerste van 1520 tot 1525. Later fleurde het dorp weer op, tot in 1945 de Duitse inwoners verdreven werden. Een periode van groot verval volgde, die duurde tot 1990, waarna men begon het dorp te herstellen. Bij het binnenrijden lijkt het alsof de klok er is stilgezet. Je ziet alleen maar boerderijen in de stijl van boerenbarok. Deze boeren-, of volksbarok wordt gekenmerkt door grote witte boerderijen met meestal twee gevels. De gevels zijn voorzien van rijkversierde, gestucte ornamenten. Veel huizen hebben een klein voortuintje met waterpomp. Een stijl die je vaker ziet in Tsjechië, maar nergens is zo'n complete verzameling te vinden. Je krijgt er voorgeschoteld hoe het dorp er in de 19e eeuw moet hebben uitgezien. Logisch dat dit dorp in 1998 in zijn geheel door de Unesco werd aangewezen als werelderfgoed.
Zuid-Boheemse volksbarok in Holašovice
Wat we zien is een grote marktplaats van 210 bij 70 meter. Deze plaats bestaat uit een groot plantsoen met visvijver en beelden. Rondom ligt een geasfalteerde weg waarop niet geparkeerd mag worden. In een vierkant staan 23 met elkaar verbonden gemetselde boerderijen in een totaal van 120 gebouwen, met ieder z'n eigen historische stijl. Opvallend aanwezig in dit plantsoen is de kapel van de Heilige Johannes van Nepomuk, gebouwd in 1755.
Kaple sv. Jana Nepomuckého
Bij aankomst in het dorp had ik bij de VVV wat informatie verzameld met ondermeer een beschrijving van ieder huis aan de marktplaats. Zo is er huisnummer zes, waarin zich het dorpsmuseum bevindt. Hier maakt men kennis met het traditionele dorpsleven, zoals dat plaatsvond in de tweede helft van de 19e eeuw.
Traditionele boerderij nr. 6, als dorpsmuseum
Eén keer per jaar wordt in het dorp een ouderwets boerenfestival georganiseerd. Dit wordt gehouden in het voorlaatste weekend van de maand juli. Er worden dan ruim 200 oude ambachten getoond uit Tsjechië en haar regio, die bijna niet meer voorkomen. Ze worden niet alleen vertoond, maar in meerdere gevallen kunnen bezoekers zelf de techniek uitproberen. Na in de auto gestapt te zijn, wijst een bord ons even buiten het dorp op "Stonehenge".
"Holašovice Stonehenge"
Het is een verwijzing naar de gelijknamige megalithische stenencirkel bij de plaats Amersbury in Engeland. In Holašovice zijn deze stenen, zogenaamde menhirs, geplaatst in augustus 2008 door de landeigenaar en lokale ondernemer Vaclav Jilek om het toerisme een extra dimensie te geven. De cirkel heeft een dia van 30 meter en telt 24 granieten stenen. Rondom 21 juni als langste dag van het jaar wordt hier op grootse wijze feest gevierd en de plek is zeer populair voor het houden van bruiloften.
De stenencirkel van Holašovice
Voor meer informatie: www.zlatakoruna.cz, www.klaster-zlatakoruna.eu, www.divcikamen.cz, www.holasovice.eu, www.nl.czech-unesco.org, www.selsky-dvur-holasovice.cz
wordt vervolgd
Zaterdag 18 april (deel 3.) "Zuid-Bohemen is zeker een reis waard"
Na Český Krumlov achter ons gelaten te hebben, rijden we naar een volgende bezienswaardigheid. We hoeven niet zo heel ver te rijden om het Cisterciënzerklooster Zlatá Koruna te bereiken. Het dorp draagt dezelfde naam en telt ongeveer 700 inwoners. Het was Koning Otakar II, die het klooster in 1263 liet bouwen. De naam Zlatá Koruna betekent Gouden Kroon en is gegeven nadat het klooster een doorn uit de doornenkroon van Jezus Christus in bezit kreeg.
Het klooster Zlatá Koruna
Naast het klooster werd een domkerk gebouwd. Het is de op twee na grootste Domkerk in Bohemen. De kerk werd gewijd aan Maria en de stichter Otakar II heeft er zijn laatste rustplaats gekregen. In 1420 werd het gehele complex door brand verwoest en pas twee eeuwen later tezamen met de Mariakerk in barokstijl hersteld. In 1945 werd het klooster tot nationaal monument verklaard. Binnen moeten de verschillende interieurs bijzonder fraai zijn en een rijk verleden uitstralen. Ons valt het gebouw eigenlijk een beetje tegen en voor een rondleiding moeten we nog een uur wachten. Reden voor ons om verder te gaan.
De Mariakerk, behorend tot het klooster
We rijden naar het kleine dorpje Třisov, vanwaar een pad loopt naar de ruïne van kasteel Dívčí Kámen. Om bij de ruïne te komen moet 1,5 kilometer gewandeld worden, waarvan het laatste stuk bergafwaarts is. Omdat dezelfde weg teruggenomen moet worden, besluiten we boven te blijven. Het zicht op de ruïne is ook hier prachtig. Het oorspronkelijk kasteel bevond zich op een rotsklif hoog boven de Vltava (Moldau). Het werd gebouwd in 1349 en was zo'n vijf eeuwen in gebruik, waarna het werd verlaten en al snel in verval raakte. Nu is het één van de grootste ruïnes van Tsjechië.
De ruïne van Dívčí Kámen
Het einde van de middag nadert, maar toch nemen we tijd voor nog een bezoekje aan het historische dorp Holašovice. Het dorp, of eigenlijk boerengehucht, telt slechts 150 inwoners en in een grijs verleden zijn dit er zelfs twee geweest. De oorzaak ervan was de pest, die heerste van 1520 tot 1525. Later fleurde het dorp weer op, tot in 1945 de Duitse inwoners verdreven werden. Een periode van groot verval volgde, die duurde tot 1990, waarna men begon het dorp te herstellen. Bij het binnenrijden lijkt het alsof de klok er is stilgezet. Je ziet alleen maar boerderijen in de stijl van boerenbarok. Deze boeren-, of volksbarok wordt gekenmerkt door grote witte boerderijen met meestal twee gevels. De gevels zijn voorzien van rijkversierde, gestucte ornamenten. Veel huizen hebben een klein voortuintje met waterpomp. Een stijl die je vaker ziet in Tsjechië, maar nergens is zo'n complete verzameling te vinden. Je krijgt er voorgeschoteld hoe het dorp er in de 19e eeuw moet hebben uitgezien. Logisch dat dit dorp in 1998 in zijn geheel door de Unesco werd aangewezen als werelderfgoed.
Zuid-Boheemse volksbarok in Holašovice
Wat we zien is een grote marktplaats van 210 bij 70 meter. Deze plaats bestaat uit een groot plantsoen met visvijver en beelden. Rondom ligt een geasfalteerde weg waarop niet geparkeerd mag worden. In een vierkant staan 23 met elkaar verbonden gemetselde boerderijen in een totaal van 120 gebouwen, met ieder z'n eigen historische stijl. Opvallend aanwezig in dit plantsoen is de kapel van de Heilige Johannes van Nepomuk, gebouwd in 1755.
Kaple sv. Jana Nepomuckého
Bij aankomst in het dorp had ik bij de VVV wat informatie verzameld met ondermeer een beschrijving van ieder huis aan de marktplaats. Zo is er huisnummer zes, waarin zich het dorpsmuseum bevindt. Hier maakt men kennis met het traditionele dorpsleven, zoals dat plaatsvond in de tweede helft van de 19e eeuw.
Traditionele boerderij nr. 6, als dorpsmuseum
Eén keer per jaar wordt in het dorp een ouderwets boerenfestival georganiseerd. Dit wordt gehouden in het voorlaatste weekend van de maand juli. Er worden dan ruim 200 oude ambachten getoond uit Tsjechië en haar regio, die bijna niet meer voorkomen. Ze worden niet alleen vertoond, maar in meerdere gevallen kunnen bezoekers zelf de techniek uitproberen. Na in de auto gestapt te zijn, wijst een bord ons even buiten het dorp op "Stonehenge".
"Holašovice Stonehenge"
Het is een verwijzing naar de gelijknamige megalithische stenencirkel bij de plaats Amersbury in Engeland. In Holašovice zijn deze stenen, zogenaamde menhirs, geplaatst in augustus 2008 door de landeigenaar en lokale ondernemer Vaclav Jilek om het toerisme een extra dimensie te geven. De cirkel heeft een dia van 30 meter en telt 24 granieten stenen. Rondom 21 juni als langste dag van het jaar wordt hier op grootse wijze feest gevierd en de plek is zeer populair voor het houden van bruiloften.
De stenencirkel van Holašovice
Voor meer informatie: www.zlatakoruna.cz, www.klaster-zlatakoruna.eu, www.divcikamen.cz, www.holasovice.eu, www.nl.czech-unesco.org, www.selsky-dvur-holasovice.cz
wordt vervolgd