Genealogie in Bohemen

Welkom op Tsjechie.net

Het Tsjechisch Forum, in een nieuw jasje!

Hallo allemaal,

Ik heb een vraag aan dit forum en hopelijk kan iemand mij helpen.
Ik ben bezig met mijn stamboom en die leidt terug naar de Bohemen in Tsjechië, om meer precies te zijn naar Langenau.

Ik ben er al achter dat dit plaatsje niet meer bestaat en dat het in het ook later Dlouhý Luh heette.


Ik stam af van Franciscus Bredschneider (voornaam soms Frans en achternaam soms Bredschneijder/Breedsnijder) en hij moet rond 1772 geboren zijn en ik zie begin 1800 voor het eerst wat van hem in Amsterdam.

Wie weet meer van deze plaats, deze persoon of kan me helpen met genealogie in Tsjechië?

Ik hoor graag van jullie,

Richard
 

Pelhřimov

Donateur
Hallo Richard,

kijk eerst eens op dit topic (uit 2007)
Misschien dat je wat terugvindt op deze site - gebruik eventueel een vertaalmachine

Veel succes met je zoektocht
 
Laatst bewerkt:
Bedankt voor deze info, erg leuk om meer van de history te zien en te lezen.
Ben nu nog benieuwd waar ik meer informatie over de bewoners kan vinden met name tussen 1750 - 1800.
 

Pelhřimov

Donateur
ik heb nog wat gevonden voor je: mapy.cz en dan linksboven de map history kiezen

maar er zijn meerdere plaatsen met de naam Dlouhy luh

edit - vertaling mbv Google translate:
Dlouhy Luh liggen 6 km SSW van Kadan Hradecký op gang op een hoogte van 640 m. In 1850 werd hij voor een korte tijd het dorp, maar vanaf 1869 tot zijn overlijden was Zvoníčkova dorp, voorheen Männelsdorf. Bij het vaststellen van de SCF hij verplaatst, maar een deel van het kadaster, die in 1930 gemeten 264 ha, werd aan het land Zvoníčkova. Farou en de school behoorden tot de Long Luh aan de Úhošťany, per post en vervolgens door het gezondheidsdistrict naar het stadhuis.

Volgens de Duitse regionale literatuur behoorde Dlonhy Luh eerst tot het landgoed van Nový Šumburk en later tot Egerberk. In de inventaris van het landgoed van Egerberk uit 1460 werd Long Luh nog niet genoemd, Mensdorf - Zvoníčkov ja. Maar het stedelijk domein van Egerberk uit 1572 verklaart al de Long Luh. Het lijkt erop dat de lokale boeren op niet alleen het ergste, want er waren 9 nederzettingen volgens het kadaster, omgerekend tegen de huidige koers, bijna 12.000 are land, terwijl in Zvoníčková 7 proefpersonen een totaal van iets meer dan 1.700 are gehad. Maar het is een kwestie van hoe winstgevend het veld was. In die tijd had de Long Luh ook een vrije retraite.

Het is niet duidelijk waarom het lange Luh opgenomen in de lijst van de activa, in beslag genomen en Fictumům Štampachům na White Mountain wanneer de Egerberk behorende Štampachům behoorde was niet. Medlšdorf - Zvoníčkov was er. Het landhuis Klášterec, ontstaan uit deze geconfisqueerde landhuizen, wordt al genoemd.

In 1623 kocht Kryštof Simon Thun onder meer de in beslag genomen Egerberk-nalatenschap van Stampach en sloot zich bij hen aan bij het klooster. Internal Revenue gneis 1654 al "Longenau" op het landgoed Klášterec staten. Ze leefde er had zes boeren, 3 cottagers en 5 thema's op het dorp. In een voetnoot zegt echter dat "rogge velden zijn stenen en stapelen, weilanden en kleine en ruil ze uit vee, bos om te hebben ".

Volgens de Topografie van Schaller uit 1787 had Luh Long 21 huizen en volgens Sommer in 1846 22 huizen waarin 115 mensen woonden. Selner in 1863 stelt dat de Klášterec-heerschappij een kleinere boerderij heeft en dat het grootste deel van het land is verdeeld over 19 boeren. Het gebied van de weilanden was groter dan de velden. waarop voornamelijk rogge en aardappelen werden geteeld, enkele spellen, linzen en veevoeder. Er was een gemeentelijke kapel gewijd aan St. John en St. Paul.

De Kadanian directory van 1914 vermeldt in Long Luh 4 een grotere boerderij, een pub en een traf - de handel daar was er geen. Het is interessant dat het dorp Long Luh altijd iets groter was dan het Zvoníčkov, dat erbij hoorde.

In 1921 woonden 3 Tsjechen in Long Luh. Kort na de Tweede Wereldoorlog moest de Duitse bevolking worden ontheemd. Dit werd gevolgd door een nieuwe regeling door de Tsjechische bevolking, die op 15 mei 1954 werd uitgezet wegens de oprichting van het BOO.
 
Laatst bewerkt:
Bovenaan