Columnsz van Janszen

Welkom op Tsjechie.net

Het Tsjechisch Forum, in een nieuw jasje!

Doet me denken aan restaurant K., met die leuke en alleraardigste, niets verhullende serveerster. Daar waar aan diverse tafels jaloerse dames met neerbuigende blikken en smoezende onfrisse opmerkingen jegens dezelfde dame komen, terwijl de mannen hun gezicht voor vrouwlief verstoppen achter hun servet omdat ze zo toch onopgemerkt een glimp hopen op te vangen van haar diepe decolleté of haar benen gehult in netpantys onder dat hele korte rokje, die weer richting de bar lopen. Hier zou je zonder rammelende maag voor je lol al gaan zitten, om dit schouwspel te gaan bekijken. Ik heb ze zien kwijlen, deze heren en geloof me, dat kwam niet alleen door het lekkere eten. :stout: Bedankt weer voor je superverhaal Liesbeth!! :top:
 
:denk: Nou, haar kledingstijl is bepaald niet echt de mijne Char, ik loop liever op lompe wandelschoenen dan op haar reuze-naaldhakken, maar dat staat zo slordig onder een inieminirokje. :stout: Maar ohhhhh wat zou ik een lol gehad hebben als ik vanachter de bar dit tafereeltje dagelijks hadden mogen aanschouwen. :wow:
 
Wat een leuk verhaal en voor ons heel herkenbaar! Onze kleinzonen gingen zich plotseling beter verzorgen, gel in het haar, lekker luchtje etc.....maar wel pas tegen vier uur, dan kwam Katja Skoda langs het hek en de heren staarden als aapjes achter de tralies naar de kittige stapjes van de blonde schoonheid. Tot Katja de situatie omdraaide en de tegenaanval inzette. Zij ging achter kleinzoon Youri aan en niet zo'n beetje....wat kreeg hij het benauwd toen ze 's avonds om elf uur luidkeels haar liefde verklaarde voor het tuinhek. Hij heeft zich dagenlang verborgen gehouden toen de 12 jarige Katja een zeer volhoudende stalker bleek te zijn. Nu lopen ze met een wijde boog om elkaar heen, maar het is dan ook al zo'n jaar of acht geleden.
 
Het lijkt wel memories;):
Zoonlief werd tot over zijn oren verliefd op Tsjechische Hanka. Een hele week kwamen ze als dartelende lammetjes onafscheidelijk de piste af. In een volgende vakantie kwam ze een week logeren bij ons Tsjechië, wat een mooi, maar vooral leuk en aardig meisje was zij. Later nam hij die bus, van 14 uur ofzo, naar Praag en vandaaruit naar haar woonplaats Litoměřice. Msn, lange telefoongesprekken, hyves, foto's, we hebben alles voorbij zien komen. En toen was het over. Hij vond oa de afstand te ver. Ook zij bleek achteraf een zeervolhoudende stalker te zijn. Toch denk ik nog vaak aan Hanka, die met haar mooie wapperende donkere haren van de piste kwam, met zoonlief in haar kielzog.


Eus is niet jaloers toch? :stout: Jij kunt dus gewoon je servetje gebruiken waar het werkelijk voor bedoeld is. :cheers:
 
De keuze voor de snelle hap bij ‘Cerny Orel’ wordt niet ingegeven door het daar geserveerde eten maar door de aanwezigheid van Veronica, de blonde serveerster, waar alle Janszens hopeloos verliefd op zijn.

‘Zaplatim prosim’. Gezien de reactie van Janszen op de rekening, gaat het wel even duren voordat ze weer kunnen genieten van de aanwezigheid van Veronica.

Ach........ vadersz heeft het er maar moeilijk mee...:lache:
 
Mysteries

Deze keer een bijdrage van mijnheer Janszen, die ook de schrijfkriebels te pakken heeft...:schrijven:

Zo’n negen jaar geleden hebben we het huis in Tsjechië betrokken en er moet dan natuurlijk eerst flink worden opgeruimd en schoon schip gemaakt worden. Oude bedden, kastjes, stoelen en andere ouderwetse spullen worden naar buiten gesleept en veel van die spullen worden verbrand op onze eigen brandplaats achter het huis, wat ’s avonds rond het kampvuur zittend ook veel gezelligheid geeft. Achteraf hebben we er best nog wel spijt van dat we sommige spullen niet bewaard hebben maar in een opruimroes gaat het soms wel eens erg ver. Het linoleum wat in de diverse vertrekken op de vloer ligt snijd ik netjes in banen en rol het op. Ik koop een kruiwagen, die je absoluut moet hebben in deze omgeving, leg daar een paar rollen op en sjouw dat naar de container die in het centrum van het dorp staat. Wanneer ik op weg ben voor een tweede lading word ik op de weg aangehouden door Hanna, de overbuurvrouw, en de zoon van een man die eruit ziet als de plaatselijke André Hazes. Ze vertellen me allebei, in een mengeling van Tsjechisch, Duits en handgebaren, dat het niet is toegestaan om het linoleum in de container te dumpen want dat die alleen voor huisvuil bestemd is. Op mijn vraag wat ik er dan mee zou moeten doen zegt de zoon van André Hazes: verbranden! Het wordt allemaal nog een keer uitgelegd aan die Hollander en dat het dus niet mag en Hanna zegt op een gegeven moment: Bürgermeister, waarbij ik dus de knik van haar hoofd richting de zoon van André Hazes niet opmerk en in de veronderstelling ben dat zij de burgemeester van het dorp is. Ik zie haar zo staan met haar groene laarzen en haar bloemetjes jasschort en bedenk dat dit natuurlijk heel goed zou kunnen in een postcommunistisch tijdperk. Ik bedenk dat ze, in tegenstelling tot de meeste anderen in het dorp, redelijk Duits spreekt en herinner me tv-beelden uit communistische landen waarbij vrouwen ook gewoon vrachtwagenchauffeur, metselaar of timmerman zijn.
Ik haal de rollen linoleum weer uit de container en begin er een paar te verbranden.
Als ik echter de vieze zwarte rook zie opstijgen richting de mooie blauwe lucht denk ik toch dat het niet verstandig is. Iets met milieu en zo. Met behulp van de burgemeester bestel ik een containerbak die voor het huis komt te staan en daar gaat de rest in.
Wanneer het huis redelijk op orde is moet er buiten ook wat gebeuren. Gras maaien, harken, dooie takken weg en die grote rechthoekige steen die onder de oude notenboom ligt, dicht bij de ingang naar het huis, moet daar ook maar weg. Hij ligt op een lastige plaats en we moeten constant uitkijken om er niet tegenaan te stoten. Het ding is niet te tillen en we besluiten om hem op boomstammetjes weg te rollen. Wanneer we eindelijk met vereende krachten de steen hebben omgedraaid blijkt er aan de andere kant een zwartmarmeren plaat op te zitten met de geboorte- en overlijdensdatum van ene Jakub en z’n vrouw erop. Het blijkt een grafsteen te zijn! Ik denk bij mezelf: het zal toch niet waar zijn hè? Ligt er hier misschien wel iemand begraven. Ik kijk om me heen en bekijk de vier aan de overkant van het pad liggende en door een betonnen rand afgezette rechthoeken van zo’n één bij twee meter opeens met een heel andere blik. Er staan nu aardbeienplantjes, bieslook en selderij in, maar wat zou eronder liggen? Ik krijg het angstige vermoeden dat de mensen hier hun eigen kerkhof aan huis hebben gehad.
Of nou ja gehad? Het is er misschien nog steeds! Hier moet ik het mijne van weten en ik loop naar de overkant, naar Hanna. De burgemeester moet het natuurlijk weten. Ze weet het ook niet en stuurt me door naar de jager die in het dorp geboren is en een Duitse vrouw heeft die onmisbaar kan zijn voor vertalingen zodat er geen misverstanden kunnen ontstaan, maar zij weten het ook niet. Uiteindelijk heeft iemand een idee: We vragen de oudste man van het dorp, die alles weet, om bij ons huis te komen, geven hem een biertje en vragen hem om raad. Bij het huis aangekomen, samen met de groep al eerder geraadpleegde mensen, bekijkt hij de zaak, geniet van z’n biertje en begint te lachen. Hij vertelt dat er vroeger aan de overkant een kerkhof is geweest en dat, toen het kerkhof ontruimd moest worden, aan de mensen in de buurt is gevraagd of ze de grafsteen van hun familielid wilden houden. Die is dus netjes bij het huis neergelegd.
De vertalingen van de vrouw van de jager zijn van groot belang om de waarheid boven tafel te krijgen en op mijn vraag hoe het dan zit met de rechthoekige, door beton omringde vakken, zegt de oude man dat het gewoon aardbeienvakken zijn en dat er verder geen diepere betekenis onder zit. We zijn na afloop wel opgelucht en, nadat we de marmeren plaat voorzichtig van de steen loshalen en bewaren, rollen we de steen weg over de boomstammetjes en gebruiken hem als traptrede naar een wat hoger gelegen stuk tuin. We kijken er dagelijks met gemengde gevoelens naar en erboven hangt de schommel die, heen en weer wiegend in de wind, er af en toe een schaduw op werpt.
Dit mysterie is opgelost maar het andere, dat van de burgemeester, duurt nog jaren voordat we erachter komen dat niet Hanna maar de zoon van André Hazes de burgerlijk vader van het dorp is.
 
Nou heer Janszens schrijverstalent mag er ook zijn hoor! :lezen: :top:
janszen schreef:
Wanneer we eindelijk met vereende krachten de steen hebben omgedraaid blijkt er aan de andere kant een zwartmarmeren plaat op te zitten met de geboorte- en overlijdensdatum van ene Jakub en z’n vrouw erop. Het blijkt een grafsteen te zijn!
:deuk: Ohhh, wat zal Janszen 5 dit top gevonden hebben! Het zou me niets verwonderen als hij....:denk: Laat maar, ik wacht geduldig op nieuwe verhalen. ;)
 
En dan ga je 's avonds naar bed met een slokkie op en je bedenkt elke keer weer: wat zou er onder die aardbeitjes liggen?

Zou het toch....................

En smaken die aardbeitjes niet een beetje gek.

Wedden dat je in gedachte al vele malen de schep in je handen heebt gehad en je wil gaan scheppen!

Gewoon eerst een beetje porren, een steek diep daarna en dan de schep erin steken.

hoor ik daar geen houten klank?

Het gaat ervan komen, gegarandeerd.

Succes, waarde grafdelver.

......Gewoon de mouwen opstropen en gaan.................
 
Leuk verhaal. Wij hebben ook al weer zo iets meegemaakt. Naast ons huis is een oud Duits kerkhof en de kleinkinderen vonden niets spannerder dan 's avonds in de schemering stiekum over het kerkhof te sluipen. In onze tuin staan verschillende soorten bessenstruiken en het was opvallend hoeveel vruchten er aan zaten. Vanuit de verte leek de aalbessenstruik wel in brand te staan. Iedereen smulde van de aalbessen met suiker, tot iemand opmerkte dat de struiken hier vast zo goed groeiden door de "lijkensappen". Op een avond zaten we bij het kampvuur spannende verhalen te vertellen en keken gespannen naar de vleermuizen die af en toe om onze hoofden fladderden, toen mijn dochter met een gil opsprong. Er had een koude windvlaag langs haar nek gestreken en het was net of er een koude hand in haar nek had gelegen. De ene helft van de groep lag in een zenuwachtige lachstuip, de andere sprong op en rende naar de andere kant van het grasveld. De jongsten begonnen zelfs te huilen. Natuurlijk onze eigen schuld; moeten we maar geen spannende verhalen vertellen. Toch houdt mijn dochter tot op de dag van vandaag (ongeveer 14 jaar later) vol dat zij echt die koude wind voelde, evenals die hand. Ach, zij wil ook niet meer op de grote slaapkamer slapen, omdat het daar zou spoken.
Carla
 
Vriend Jakub.

We drinken koffie bij onze naaste buren, Vera en Honza. We hebben al vaak een praatje met elkaar gemaakt in het voorbijgaan, maar dit is ons eerste officiële bezoek.
Vera spreekt redelijk goed Duits en voorziet ons op die manier van veel nieuwtjes.
Maar zoals dat vaak gaat met het opdoen van kennis: je snakt ernaar, maar als de feiten eenmaal bekend zijn, verlang je vaak terug naar de staat van onwetendheid.
Vera vertelt, op ons verzoek, de geschiedenis van ons huis. Meer ter bevestiging, aangezien we het meeste al weten. Denken we…
Ons huis is in het jaar 1889 gebouwd. Volgens ons was de allereerste bewoner van het huis Jakub en daarmee voor mij de enige ‘echte’ eigenaar van het huis.
In de loop der jaren ben ik dik bevriend met hem geraakt. Althans in mijn hoofd, want Jakub is al vele jaren aan gene zijde.
Wij hebben het huis gekocht van de kleinzoon van Jakub, hij had het geërfd van zijn ouders en wou er van af. Zijn vader, de zoon van Jakub, heeft als laatste in ons huis gewoond. Deze man was leraar en veel mensen in ons dorp hebben nog les van hem gehad.
Altijd wanneer we weer vanuit Nederland bij ons huis aankomen, begroet ik Jakub met de woorden: ‘Dobry den, Jakub, de Janszens zijn er weer om voor het huis en tuin te zorgen.’
We hebben onze kennis over Jakub opgedaan uit –na ons leek – zeer betrouwbare bron: van een grafsteen, die ondersteboven in onze tuin lag onder een bloembak. Na het voorzichtig verwijderen van het marmeren grafopschrift, met daarop de naam van Jakub en zijn vrouw, doet de steen sindsdien dienst als opstap naar een hoger gelegen gedeelte van de tuin en ligt onder onze schommel. De kinderen tikken tijdens het schommelen, telkens met één voet de steen even aan om extra vaart te maken. Een vorm van contact die uitnodigt tot allerlei filosofische beschouwingen over het leven.
Jakub is jong gestorven, als soldaat in de eerste wereldoorlog, zo verteld het opschrift op de marmeren tegel. Vreselijk natuurlijk, maar voor de romantische beeldvorming is deze heroïsche heldendood een bron van inspiratie.
Wanneer Vera begint met vertellen, noemt ze alle namen van de bewoners van ons huis op en de naam Jakub komt daar niet in voor. De goede man heeft er helemaal niet gewoond, alleen zijn grafsteen is daar heengebracht. Mijn wereld staat op de kop!
Verdorie, Jakub, begin ik mijn innerlijke monoloog, dat had je wel even kunnen melden.
Vera gaat intussen verder met haar verhaal, over de ware eerste bewoner: B.
‘Ik was nog maar een klein meisje en merkwaardig genoeg was het net zo’n dag als vandaag, met precies hetzelfde weer.’
Vera trekt een treurig gezicht, wanneer ze terug gaat in haar herinnering. Ze was helemaal overstuur geraakt van het nieuws, dat de mensen in het dorp vertelden.
B. had zich verhangen! Aan de balken van de zolder had hij gebungeld, Jawohl, in onze slaapzaal, recht boven de plek waar nu ons bed staat. Gadverdamme!
We drinken onze koffie met beduidend minder plezier. En mijn nieuwsgierigheid naar het verdere verloop van het verhaal weet ik te bedwingen. We nemen afscheid van Vera en Honza en lopen stilletjes richting ons huis, dat mij nu volkomen vreemd voorkomt.
Ik kan me heel goed voorstellen hoe de kleine Vera zich gevoeld moet hebben.
Om het scenario van een slechte horrorfilm te complementeren, begint het plots te onweren.
Wanneer we onze tuin binnen wandelen, zien we onze pruimenbomen in een felle lichtflits oplichten. En in mijn fantasie is het net of er in de bomen in plaats van pruimen allemaal uitgestoken blauwe tongen hangen.
Zucht… wat een dag, de vriendschap met Jakub is niet meer wat het was en een vriend als B. is voorlopig niet te pruimen…
 
Bovenaan