Brno
Stad voor doorzetters
Bron: De Volkskrant, 04 februari 2006
Tekst: Guido van Oirschot
Van oudsher is Brno een stad van harde werkers, die het mondaine leven graag overlieten aan Praag. Zestien jaar postcommunisme en twee jaar Europese Unie hebben Brno er niet veel toeschietelijker op gemaakt. Internationaal vliegverkeer kent de stad amper. Hotels moeten het vooral van handelsbeurzen hebben.
Lag de stad vroeger redelijk centraal in Tsjechoslowakije, na de tweedeling van dat land in 1993 vond Brno zichzelf terug in een uithoek van Tsjechië. De meest nabije steden zijn Wenen en Bratislava, zo'n zestig tot tachtig kilometer naar het Zuiden.
De ruim 400 duizend inwoners van Tsjechië's tweede stad weten dat hun woonplaats het in schilderachtigheid aflegt tegen Praag. Ze hebben een troef: Brno kent voorbeelden van trendsettende, twintigste-eeuwse architectuur. Villa Tugendhat? Kenners loopt het water in de mond.
In december 2005 haalde Brno alle voorpagina's en tv-journaals. Het was precies 200 jaar geleden dat Napoleon de Slag bij Austerlitz had gewonnen. Wat weinigen wisten: het slagveld lag op een steenworp afstand van Brno.
'Een plattegrond van Brno?' Nee, aan Brno doen ze niet op het vliegveld van Praag. Zoals ze in Brno weer amper aan vliegverkeer doen. Wie naar Brno wil, moet overstappen. Altijd. In München op het vliegtuig. In Wenen op de trein. Of hier in Praag op de bus van Czech Airlines.
Brno is een stad voor doorzetters. Bezienswaardigheden genoeg, maar je moet er moeite voor doen. Voordeel is dat je weinig toeristen treft. Hooguit stuit je bij het ontbijt op een Franse historische kring. 1805, Slag bij Austerlitz: ten oosten van Brno hakt Napoleon de Russen en Oostenrijkers in de pan. Vive l'Empereur! Verder ben je Brno'er met de Brno'ers.
Geritsel in de takken, weer valt er iets kouds in je nek. De klim naar Spilberk, de burcht die al eeuwen uittorent boven Brno, is er een van schrale neuzen en verkleumde handen. Strooizand houdt de besneeuwde paden begaanbaar.
Licht winters ongemak, niets vergeleken bij wat anderen moeten hebben gevoeld bij de gang naarboven. Behalve burcht was Spilberk ook gevangenis. Volop gemoord en gemarteld is er. Het laatst door de Wehrmacht.
Franz Freiherr von der Trenck crepeerde hier. Hij zal Brno wel Brünn hebben genoemd, en Spilberk hebben uitgesproken als Spielberg. Trenck kreeg in 1749 levenslang nadat hij met zijn Kroatische regiment wat al te bloeddorstig om zich heen had geslagen.
Tegenwoordig tref je hem aan in de crypte van de kapucijnerkerk, hartje Brno. Gemummificeerd en wel, net als twee dozijn monniken. Een kei onder de schedel was luxe genoeg. Het zand tussen de rijen wordt van tijd tot tijd aangeharkt, verdwaalde knoken liggen opgestapeld voor het altaar.
Baron Trenck houdt in Brno dus dapper stand, al was het maar als 14-procentsbier dat uit de tap stroomt. Voor het overige is er veel veranderd. Draai je om tijdens de klim naar Spilberk; het valt nog niet mee een panorama te maken van de oostelijke stad zonder schoorsteen of woonkazerne in beeld.
Een geschonden stad, dat gevoel bekruipt je meteen als je te voet het centrum verkent. Je wandelt langs een ratjetoe van bouwstijlen: barok, Habsburgs, nieuw-zakelijk, arbeidersverheffend. De pest van de moderne winkelpui woedt alom.
Goed omhoogkijken in Brno, anders loop je voorbij aan wat de moeite waard is. Neem Hotel Avion in de Ceskástraat. Een sieraad van het functionalistische bouwen, jubelt de reisgids, een parel in het oeuvre van architect Bohuslav Fuchs. Wie niet beter weet, ziet een pijpenla van waaruit een pizzeria met neon om klandizie schreeuwt.
Ook om zicht te krijgen op het weggemoffelde en verdwenen Brno kun je het best de klim naar Spilberk maken. In het stadsmuseum ontvouwt zich een complexe historie. Van het oude vestingstadje Brünn, dichter bij Wenen dan bij Praag, tot de voorspoed van de negentiende-eeuwse textielstad Brno. De 'golden period in the modern history of the city' verwijst naar de spraakmakende architectuur uit het interbellum: de functionalisten van Brno zetten tussen 1919 en 1939 woningen en overheidsgebouwen neer, ontwierpen een zwembad, een crematorium en een wijds beursterrein.
Dat was één metamorfose. Op de andere, gruwelijke, moet je oog maar net vallen. Onopvallend hangen de foto's in een gang, paarsgewijs: hoe Brno er voor de oorlog uitzag, hoe Brno er nu uitziet. Op oude etalages lees je namen als Zimmerman en Korngold.
Nadat eerst de joods-Duitse inwoners waren afgevoerd door de nazi's, konden na de bevrijding door het Rode Leger, mei 1945, tienduizenden Sudeten-Duitsers hun biezen pakken. Zestig kilometer te voet naar het Zuiden. En daar de grens met Oostenrijk over.
Fritz Tugendhat was zo verstandig de stad al in 1938 te ontvluchten. De joodse textielbaron liet een woning achter die nu op de Werelderfgoedlijst van Unesco prijkt. Al valt dat moeilijk te geloven als je heuvelopwaarts aankomt bij Cernopolní 45, in Noord-Oost Brno. Villa Tugendhat, ontworpen door Ludwig Mies van der Rohe: een laag, hoekig gebouw waarvan het witte stucwerk afbladdert en metalen kozijnen roesten. Afwerend ligt het met de rug naar de straat. Rondleiding verplicht, net als blauwe plastic sloffen. De kinderkamers vertonen vochtplekken, het laminaat van de vensterbanken laat los. Pas in de revolutionaire living valt de mond open: wat een weelde aan marmer, glas, hout en staal. Laat de ruimte op je inwerken, zei Tugendhat, en je ervaart het schone en het ware.
Vensters over de volle breedte, van vloer tot plafond, met vrij uitzicht op Brno. Net wanneer je denkt: dat moet hier geen leven zijn geweest, 's zomers, zet het gids-meisje een schakelaar om. Geruisloos zakt een raampaneel in de vloer. De vrieskou komt binnen, in de verte sputtert een kraai.
-----
Prijzen
Espresso: 30 kronen (1,05 euro)
Bier: vanaf 0,70 euro
Kop soep: 0,90 euro
Maaltijd: vanaf 5 euro
Bioscoopkaartje: 2,45 euro
Slapen
Het Grand Hotel tegenover het trein- en busstation is handig bij aankomst, maar je zit wel in de drukte. Iets bezijden het centrum vind je Hotel Continental, twaalf verdiepingen, keurig verzorgd zonder poespas. In de Jakubskástraat ligt het kleine Pegas Hotel, met bier uit eigen brouwerij. Kamerprijzen vanaf 55 euro (tweepersoons).
Theater
Theater? Geen punt. Brno heeft er liefst drie, al vormt de taal een obstakel. In de opera speelt geregeld een Duits of Italiaans stuk. Ook in de pas geopende, kleine Reduta kun je soms terecht. Filmhuis Kino Art vertoont films in de oorspronkelijke taal.
Architectuur
Brno is trots op zijn architectuur uit het interbellum. Topstuk is Mies van der Rohe's Villa Tugendhat. Wel van te-voren reserveren, anders sta je voor een dichte deur.
Wandelen
De ochtend is een uitgelezen moment voor de klim naar Spilberk. Griezelen in de catacomben, ronddwalen in het stadsmuseum daarboven, op krachten komen met een warme lunch. Volop kerken ook in Brno. De kathedraal is van binnen glimmend gerestaureerd. De kapucijnerkerk wordt pas echt interessant als je de crypte induikt en oog in oog komt met tientallen gemummificeerde lijken.
Museum
De collectie van het Moravisch museum loopt uiteen van streekobjecten tot design, van twintigste-eeuwse schilderkunst tot Thonet-meubels. Wisselende tentoonstellingen van eigentijdse kunst vind je in The Brno House of Art.
Muziekliefhebbers lopen niet voorbij aan Smetanovastraat 14, waar componist Leos Janácek heeft gewoond.
Drinken
Voor elk wat wils, zoals de middeleeuwse kelder met pullen bier, roemers wijn en serveersters in nonnenpij. Of het selfservice vegetarische restaurant waar iedereen ook keurig zijn eigen bord opruimt. Chiquer gaat het toe in restaurant Brabander aan de Jostovastraat (ook de kelner weet niet waar de naam vandaan komt). In de schaduw van de opera staat Zemanova, een kopie van Bohuslav Fuchs' functionalistische café uit 1923, dat bij de bouw van het theater het veld moest ruimen.
Stad voor doorzetters
Bron: De Volkskrant, 04 februari 2006
Tekst: Guido van Oirschot
Van oudsher is Brno een stad van harde werkers, die het mondaine leven graag overlieten aan Praag. Zestien jaar postcommunisme en twee jaar Europese Unie hebben Brno er niet veel toeschietelijker op gemaakt. Internationaal vliegverkeer kent de stad amper. Hotels moeten het vooral van handelsbeurzen hebben.
Lag de stad vroeger redelijk centraal in Tsjechoslowakije, na de tweedeling van dat land in 1993 vond Brno zichzelf terug in een uithoek van Tsjechië. De meest nabije steden zijn Wenen en Bratislava, zo'n zestig tot tachtig kilometer naar het Zuiden.
De ruim 400 duizend inwoners van Tsjechië's tweede stad weten dat hun woonplaats het in schilderachtigheid aflegt tegen Praag. Ze hebben een troef: Brno kent voorbeelden van trendsettende, twintigste-eeuwse architectuur. Villa Tugendhat? Kenners loopt het water in de mond.
In december 2005 haalde Brno alle voorpagina's en tv-journaals. Het was precies 200 jaar geleden dat Napoleon de Slag bij Austerlitz had gewonnen. Wat weinigen wisten: het slagveld lag op een steenworp afstand van Brno.
'Een plattegrond van Brno?' Nee, aan Brno doen ze niet op het vliegveld van Praag. Zoals ze in Brno weer amper aan vliegverkeer doen. Wie naar Brno wil, moet overstappen. Altijd. In München op het vliegtuig. In Wenen op de trein. Of hier in Praag op de bus van Czech Airlines.
Brno is een stad voor doorzetters. Bezienswaardigheden genoeg, maar je moet er moeite voor doen. Voordeel is dat je weinig toeristen treft. Hooguit stuit je bij het ontbijt op een Franse historische kring. 1805, Slag bij Austerlitz: ten oosten van Brno hakt Napoleon de Russen en Oostenrijkers in de pan. Vive l'Empereur! Verder ben je Brno'er met de Brno'ers.
Geritsel in de takken, weer valt er iets kouds in je nek. De klim naar Spilberk, de burcht die al eeuwen uittorent boven Brno, is er een van schrale neuzen en verkleumde handen. Strooizand houdt de besneeuwde paden begaanbaar.
Licht winters ongemak, niets vergeleken bij wat anderen moeten hebben gevoeld bij de gang naarboven. Behalve burcht was Spilberk ook gevangenis. Volop gemoord en gemarteld is er. Het laatst door de Wehrmacht.
Franz Freiherr von der Trenck crepeerde hier. Hij zal Brno wel Brünn hebben genoemd, en Spilberk hebben uitgesproken als Spielberg. Trenck kreeg in 1749 levenslang nadat hij met zijn Kroatische regiment wat al te bloeddorstig om zich heen had geslagen.
Tegenwoordig tref je hem aan in de crypte van de kapucijnerkerk, hartje Brno. Gemummificeerd en wel, net als twee dozijn monniken. Een kei onder de schedel was luxe genoeg. Het zand tussen de rijen wordt van tijd tot tijd aangeharkt, verdwaalde knoken liggen opgestapeld voor het altaar.
Baron Trenck houdt in Brno dus dapper stand, al was het maar als 14-procentsbier dat uit de tap stroomt. Voor het overige is er veel veranderd. Draai je om tijdens de klim naar Spilberk; het valt nog niet mee een panorama te maken van de oostelijke stad zonder schoorsteen of woonkazerne in beeld.
Een geschonden stad, dat gevoel bekruipt je meteen als je te voet het centrum verkent. Je wandelt langs een ratjetoe van bouwstijlen: barok, Habsburgs, nieuw-zakelijk, arbeidersverheffend. De pest van de moderne winkelpui woedt alom.
Goed omhoogkijken in Brno, anders loop je voorbij aan wat de moeite waard is. Neem Hotel Avion in de Ceskástraat. Een sieraad van het functionalistische bouwen, jubelt de reisgids, een parel in het oeuvre van architect Bohuslav Fuchs. Wie niet beter weet, ziet een pijpenla van waaruit een pizzeria met neon om klandizie schreeuwt.
Ook om zicht te krijgen op het weggemoffelde en verdwenen Brno kun je het best de klim naar Spilberk maken. In het stadsmuseum ontvouwt zich een complexe historie. Van het oude vestingstadje Brünn, dichter bij Wenen dan bij Praag, tot de voorspoed van de negentiende-eeuwse textielstad Brno. De 'golden period in the modern history of the city' verwijst naar de spraakmakende architectuur uit het interbellum: de functionalisten van Brno zetten tussen 1919 en 1939 woningen en overheidsgebouwen neer, ontwierpen een zwembad, een crematorium en een wijds beursterrein.
Dat was één metamorfose. Op de andere, gruwelijke, moet je oog maar net vallen. Onopvallend hangen de foto's in een gang, paarsgewijs: hoe Brno er voor de oorlog uitzag, hoe Brno er nu uitziet. Op oude etalages lees je namen als Zimmerman en Korngold.
Nadat eerst de joods-Duitse inwoners waren afgevoerd door de nazi's, konden na de bevrijding door het Rode Leger, mei 1945, tienduizenden Sudeten-Duitsers hun biezen pakken. Zestig kilometer te voet naar het Zuiden. En daar de grens met Oostenrijk over.
Fritz Tugendhat was zo verstandig de stad al in 1938 te ontvluchten. De joodse textielbaron liet een woning achter die nu op de Werelderfgoedlijst van Unesco prijkt. Al valt dat moeilijk te geloven als je heuvelopwaarts aankomt bij Cernopolní 45, in Noord-Oost Brno. Villa Tugendhat, ontworpen door Ludwig Mies van der Rohe: een laag, hoekig gebouw waarvan het witte stucwerk afbladdert en metalen kozijnen roesten. Afwerend ligt het met de rug naar de straat. Rondleiding verplicht, net als blauwe plastic sloffen. De kinderkamers vertonen vochtplekken, het laminaat van de vensterbanken laat los. Pas in de revolutionaire living valt de mond open: wat een weelde aan marmer, glas, hout en staal. Laat de ruimte op je inwerken, zei Tugendhat, en je ervaart het schone en het ware.
Vensters over de volle breedte, van vloer tot plafond, met vrij uitzicht op Brno. Net wanneer je denkt: dat moet hier geen leven zijn geweest, 's zomers, zet het gids-meisje een schakelaar om. Geruisloos zakt een raampaneel in de vloer. De vrieskou komt binnen, in de verte sputtert een kraai.
-----
Prijzen
Espresso: 30 kronen (1,05 euro)
Bier: vanaf 0,70 euro
Kop soep: 0,90 euro
Maaltijd: vanaf 5 euro
Bioscoopkaartje: 2,45 euro
Slapen
Het Grand Hotel tegenover het trein- en busstation is handig bij aankomst, maar je zit wel in de drukte. Iets bezijden het centrum vind je Hotel Continental, twaalf verdiepingen, keurig verzorgd zonder poespas. In de Jakubskástraat ligt het kleine Pegas Hotel, met bier uit eigen brouwerij. Kamerprijzen vanaf 55 euro (tweepersoons).
Theater
Theater? Geen punt. Brno heeft er liefst drie, al vormt de taal een obstakel. In de opera speelt geregeld een Duits of Italiaans stuk. Ook in de pas geopende, kleine Reduta kun je soms terecht. Filmhuis Kino Art vertoont films in de oorspronkelijke taal.
Architectuur
Brno is trots op zijn architectuur uit het interbellum. Topstuk is Mies van der Rohe's Villa Tugendhat. Wel van te-voren reserveren, anders sta je voor een dichte deur.
Wandelen
De ochtend is een uitgelezen moment voor de klim naar Spilberk. Griezelen in de catacomben, ronddwalen in het stadsmuseum daarboven, op krachten komen met een warme lunch. Volop kerken ook in Brno. De kathedraal is van binnen glimmend gerestaureerd. De kapucijnerkerk wordt pas echt interessant als je de crypte induikt en oog in oog komt met tientallen gemummificeerde lijken.
Museum
De collectie van het Moravisch museum loopt uiteen van streekobjecten tot design, van twintigste-eeuwse schilderkunst tot Thonet-meubels. Wisselende tentoonstellingen van eigentijdse kunst vind je in The Brno House of Art.
Muziekliefhebbers lopen niet voorbij aan Smetanovastraat 14, waar componist Leos Janácek heeft gewoond.
Drinken
Voor elk wat wils, zoals de middeleeuwse kelder met pullen bier, roemers wijn en serveersters in nonnenpij. Of het selfservice vegetarische restaurant waar iedereen ook keurig zijn eigen bord opruimt. Chiquer gaat het toe in restaurant Brabander aan de Jostovastraat (ook de kelner weet niet waar de naam vandaan komt). In de schaduw van de opera staat Zemanova, een kopie van Bohuslav Fuchs' functionalistische café uit 1923, dat bij de bouw van het theater het veld moest ruimen.