Zomer 2018 - Twee weken Zuid Bohemen van dag tot dag

Welkom op Tsjechie.net

Het Tsjechisch Forum, in een nieuw jasje!

Van maandag 23 juli tot en met maandag 6 augustus 2018 hebben we voor de derde keer op rij onze zomervakantie in Tsjechië doorgebracht. Net als de twee voorgaande vakanties ben ik van plan op het forum “ter leringhe ende vermaeck” weer een van-dag-tot-dag-verslag te schrijven over onze ervaringen in dit prachtige land. De klad-mailtjes die we naar het thuisfront stuurden zijn er nog en op basis daarvan schrijf ik wat uitgebreider op dit forum om de paar dagen een nieuw stukje, uiteraard weer voorzien van de nodige foto’s.
Voordat we op reis kunnen moet er echter nog een en ander gebeuren, dus daarom beginnen we met:

De voorbereiding
In 2015 hadden we het plan opgevat om voor de verandering eens naar Tsjechië te gaan in de zomervakantie. We waren in een grijs verleden al eens 10 dagen naar Praag geweest, maar Tsjechië scheen buiten Praag nog meer te bieden te hebben. Het plan was toen o.a. een aantal dagen door te brengen in de regio Český Krumlov.
Door omstandigheden is het er in 2015 niet van gekomen. Wel zijn we in 2016 twee weken in Tsjechië geweest (Liberec/Kutná Hora, zie verslag 2016) en in 2017 zijn we twee weken naar Zuid-Oost Moravië geweest (Valtice/Brno, zie verslag 2017).

Tijdens de reis van 2017 werd ons een aantal keren gevraagd of we al eens in Český Krumlov waren.
Nee dus, want na de geschrapte vakantie van 2015 werden andere regio’s bezocht.
Na thuiskomst van de reis van vorig jaar daarom gekeken of we in 2018 niet alsnog naar Český Krumlov zouden gaan. Er volgde wat leeswerk op het forum, diverse (met name Tsjechische) sites werden bezocht, mapy.cz werd geraadpleegd en af en toe vonden we nog wat interessants op Wikipedia. Bij dat laatste valt trouwens op hoe weinig artikelen er in de Nederlandse taal over diverse bijzonderheden te vinden zijn. En als er al iets te vinden is, wordt het regelmatig met twee of drie zinnetjes afgedaan. De Duitstalige Wikipedia biedt daarentegen al heel wat meer info, om nog maar te zwijgen van de Tsjechische pagina’s. Verder dan een stuk of dertig woordjes Tsjechisch komen we na twee vakanties niet, maar met Google Translate kun je tegenwoordig ook al de halve wereld rond. ;)

Behalve Český Krumlov komen we nog een paar dingen tegen die de moeite waard lijken. Twee daarvan hadden we bij de voortijdig afgekapte planning van 2015 ook al op het lijstje: het kasteel van Hluboká nad Vltavou en de ruïne van Dívčí Kámen.
Verder willen we ergens een wat langere dagwandeling maken en nadat het fietsen van vorig jaar door het cultuurlandschap van Lednice-Valtice zo goed bevallen is, kijken we of er dit jaar ook ergens een geschikte omgeving is om een dagje te fietsen. Verder komen we het kasteel van Orlík nad Vltavou tegen dat hoog op de lijst belandt. Ook willen we in het weekend van 11 en 12 augustus naar het Chodsko Festival in Domažlice. Dat laatste zou op weg naar huis prima te combineren zijn, ware het niet dat in datzelfde weekend ook het tweejaarlijkse Rozenfestival in Lottum plaatsvindt en mijn vrouw daar traditiegetrouw een van de vele vaste bezoekers is. Tsja, als we op 11 augustus thuis willen zijn, zit er dus geen Choden Festival in dit jaar. Misschien iets anders leuks? Een of ander treffen of festival? Het toetsenbord weer ter hand genomen en het wereldwijde web afspeurend komen we al snel een geschikte vervanger tegen: het Internationaal Muziekfestival van Český Krumlov dat plaatsvindt van 20 juli tot 11 augustus. Het programma bekijkend, zien we een interessante voorstelling in het kasteel van Český Krumlov. Datum 25 juli, dus dat zou probleemloos moeten passen. Tijdens het plannen van de terugreis lezen we dat in Furth im Wald, niet ver van het geschrapte Choden Festival in Domažlice, van 3 t/m 19 augustus de Further Drachenstich Festspiele plaatsvinden. Duitslands oudste openlucht volksspel, als we de eigen website moeten geloven. Dat ziet er interessant uit. Ergens op de terugreis het draaksteken in Furth bezoeken zou derhalve ook moeten kunnen.

Na het bestellen van de kaartjes voor het draaksteken in Furth im Wald en voor de dansvoorstelling van Carmen in Český Krumlov, wordt najaar 2017 gestart met het zoeken naar overnachtingsplaatsen. Daarbij blijkt dat menig hotel en pension rondom Furth im Wald tijdens het draaksteekfestival “aangepaste” prijzen hanteert. Zelfs de goedkoopste pensions zitten niet onder de 70 euro per stel per nacht, daarbij vaak het ontbijt niet eens inbegrepen. Over de grens blijkt het stukken goedkoper en zo komen we uiteindelijk toch weer terug bij het nog geen 20 km verder liggende Domažlice, waar we een hotel voor één nacht op de terugreis boeken. Zodat we van daaruit op zondagavond naar het draaksteken kunnen gaan.

In het grotendeels al geplande programma wordt vervolgens nog wat geschrapt, omdat het niet mogelijk blijkt om alles wat we net ten zuiden van Plzeň willen zien, te combineren met de datum van de Carmen voorstelling in Český Krumlov. Plzeň en Příbram worden daarom doorgehaald op het lijstje en vervangen door zaken die wat zuidelijker liggen. We leggen een hotel voor 2 nachten in Písek vast en zoeken verder naar een geschikt onderkomen voor 11 overnachtingen in Český Krumlov.

In eerste instantie denken we daartoe iets in Český Krumlov te moeten zoeken, maar als we lezen hoeveel volk daar overdag rondloopt, hoe smal de straatjes zijn, hoe weinig parkeerplekken er voor toeristen zijn en dat naast de on-Tsjechisch hoge overnachtingsprijzen leggen, staat vast: we gaan niet overnachten in het drukke in Český Krumlov zelf, maar zoeken iets in de omgeving waar het een stuk rustiger is. Voorwaarde twee: vanuit de overnachtingsplaats moeten we makkelijk in alle richtingen met de auto kunnen. Voorwaarde drie: je moet je auto er fatsoenlijk en veilig kwijt kunnen. En uiteraard wordt -ook niet onbelangrijk- de prijs in het oog gehouden.
Zodoende komen we uit in Větřní, een kilometer of vijf ten zuiden van Český Krumlov. Daar schrijven we, nadat we op hun website vallen voor een prachtig verzorgde tuin, het pension Regina aan. Het idee is: wie zijn tuin goed verzorgt zal zijn gasten ook wel goed verzorgen. Achteraf kunnen we zeggen dat die veronderstelling volledig juist is gebleken. We hebben 11 dagen tot volle tevredenheid verbleven in een prima pension dat, hoe handig op sommige avonden, ook nog eens een eigen restaurant bezit. Een prettige communicatie, probleemloze boeking en ook nog eens voor een aangename prijs.
Wat willen we nog meer.
Wat willen we nog meer?
Op vakantie natuurlijk, dat willen we!

De planning
Na de potentiële attracties, kastelen, evenementen en overige bezienswaardigheden op de kaart geplot te hebben, wordt gekeken welke zaken met elkaar te combineren zijn, langs welke routes we van A naar B gaan, wat daar onderweg nog te zien is en wat we in welke volgorde doen. Er staat een serie kastelen op de lijst, maar we willen niet twee dagen achter elkaar naar een kasteel. Een beetje afwisseling mag er best zijn. Ook willen we niet vandaag een langere dagwandeling doen en dan morgen een fietstocht. Een dagje wat rustiger aan tussendoor is niet verkeerd. Er wordt wat gewikt en gewogen, af en toe wat geschoven, totdat we tevreden zijn over de afwisseling.
Zo komen we vanaf de drie geboekte uitvalsplaatsen tot het volgende programma:

Dag 1 Heenreis naar Písek
Dag 2 Hrad Zvíkov + Zámek Orlík
Dag 3 Putim + Prachatice
Dag 4 Český Krumlov
Dag 5 wandeling Medvědí stezka in Nationaal Park Šumava
Dag 6 Jindřichův Hradec
Dag 7 fietsen in en rond Třeboň
Dag 8 Hluboká nad Vltavou
Dag 9 Zlatá Koruna + Dívčí Kámen
Dag 10 Český Krumlov
Dag 11 Zámek Kratochvíle + České Budějovice
Dag 12 Trocnov + Žumberk
Dag 13 Rožmberk nad Vltavou + Vyšší Brod
Dag 14 Klatovy
Dag 15 Terugreis naar huis

Met uitzondering van Zlatá Koruna en Rožmberk nad Vltavou is het dit (en meer) ook geworden, maar daarover later meer in de dagverslagen.
Net als vorig jaar hebben we geen kronen vooraf besteld. Het is immers allemaal ter plekke uit de muur te halen zonder de administratieve kosten van wisselkantoor of bank en mocht je in de grensstreek nog zonder zitten: op veel plaatsen neemt men ook euro’s aan. Het is alleen even opletten welke omrekenkoers men daarbij hanteert, want daar willen nog wel eens verrassende verschillen tussen zitten.
Ook bestelden we weer het wegenvignet vooraf. Dat zouden we ietsje goedkoper aan de grens kunnen kopen, maar we gaan net als vorig jaar voor zekerheid.

Aangezien je het weer niet in de hand hebt en we de wandeling van dag 5 en de fietstocht van dag 7 bij voorkeur met mooi weer willen doen, maak ik het weekend voor vertrek nog een klein schemaatje waarin we kunnen zien welke dagen met elkaar om te wisselen zijn. Zo moet je er bijvoorbeeld rekening mee houden dat veel musea en toeristische attracties op maandag gesloten zijn en de kleinere musea voor Nederlandse begrippen soms wel eens zeer beperkte openingstijden kennen.
Alle bezoekdoelen worden in gekleurde vlaggetjes en symbooltjes op de kaart geplot, zodat we kunnen zien wat waar ligt.

full

De vlaggetjesverzameling in het noordelijk deel van Zuid Bohemen​

full

De vlaggetjesverzameling in het zuidelijk deel van Zuid Bohemen​

De GPS wordt vanaf de Peecee geladen met de vlaggetjes van de OSM kaart.
Groene vlagjes (36): de hard-list; dit gaan we zeker bezoeken
Rode vlagjes (25): de soft-list; dit gaan we misschien bezoeken
Blauwe vlagjes (92): de maybe-list; supermarkten, handige oriëntatiepunten, kleine bezienswaardigheden die geen omweg waard zijn, maar als we er toch in de buurt zijn...
Gele kruisjes (17): tankstations met ruime openingstijden en net iets lagere prijzen dan de rest
Bierpulletjes (4): terrasjes voor tijdens de fietstocht
Groene prikkertjes (3): de drie overnachtingsplaatsen
Mesjes en vorkjes (24): restaurants die handig gelegen zijn of goede kritieken hebben
Rode “P”-tjes (30): stalplaatsen voor de heilige koe

Wat betreft de gele kruisjes zij opgemerkt dat mapy.cz zowel online als in de app de mogelijkheid biedt om recente brandstofprijzen met één klik op de kaart te achterhalen. Net als in eigen land valt op dat de prijzen regionaal nogal eens flink kunnen verschillen, vandaar dat ik er een aantal al vooraf in de GPS gemarkeerd heb. Een verschil van 3, soms 4 kronen aan de zelfde weg maar dan een dorpje verderop is, als je er toch al langs komt, best de moeite waard. Op een (bijna) volle tank scheelt dat al gauw 6 tot 8 euro.

De GPS gebruiken we voornamelijk als we te voet of met de fiets in de natuur of in de stad onderweg zijn. En soms in de auto als we iets zoeken dat we op de kaart of uit het hoofd niet zo snel kunnen lokaliseren. In de auto hebben we geen TomTom. Ik heb er een handje aan om zoiets te vergeten uit het zicht te halen als de auto langere tijd ergens stil staat en dat is niet overal even handig. Onderweg navigeren doen we daarom op gevoel en op een oude simkaartloze 4S iPhone, middels de Here-app waarvoor we tevoren de benodigde kaarten van Duitsland en Tsjechië gedownload hebben zodat ie ook offline werkt.

Nog een paar flessen bronwater in de kofferbak zodat we onderweg niet droog komen staan en we zijn klaar voor dag 1. De ochtend voor vertrek staat de auto van mijn vrouw onverwacht met een lekke band op de oprit. Raar, want we hebben nergens iets bijzonders gemerkt die week. De garage zal er als wij weg zijn naar komen kijken. Op zich geen ramp, want we zouden toch al met de andere auto gaan, maar het zal je maar gebeuren als je op vakantie bent.
We stoppen de fietspomp met autoventiel ook nog in de kofferbak.
Je weet maar nooit.

Na shledanou – tot ziens!
 
Dag 1: Maandag 23 juli 2018, op naar Písek

Vandaag staat de dag voor het grootste deel in het teken van de heenreis naar Tsjechië. In 2016 kozen we nog voor een nachtelijke tussenstop na 620 km aan de Duits-Tsjechische grens, maar nadat vorig jaar het in één dag doorrijden naar Beroun (775 km) ons goed bevallen is, hebben we ook dit jaar besloten de heenreis in een dag te doen.
Einddoel voor vanavond: Písek, vanaf de oprit thuis zo’n slordige 790 km verder. We kozen voor het stadje aan de Otava omdat we van daaruit zowel de burcht van Zvikov als het kasteel van Orlic nad Vltavou kunnen bezoeken. Beide plekken liggen eigenlijk net iets te ver vanuit Český Krumlov, waar we de rest van deze twee weken willen doorbrengen, vandaar eerst twee overnachtingen in Písek.

Op de planning staat als vertrektijd 06.00 uur. Dat halen we niet en eigenlijk is dat ook geen probleem. Het inladen van de auto is er gisteravond niet meer van gekomen en ondanks dat we vanochtend op tijd in de weer zijn, duurt het toch iets langer dan verwacht. Ach ja, we hebben de tijd.
Dat wil zeggen: mits er in Duitsland geen lange files staan.
Grootste knelpunten, zo bleek afgelopen week toen we de diverse verkeerssites raadpleegden, zullen achtereenvolgens Köln, Koblenz, Frankfurt en Würzburg zijn. De eerste drie vanwege het normale woon-werkverkeer, de laatste plaats vanwege diverse wegwerkzaamheden.
Uiteindelijk is het 07.10 uur als we vertrekken. In tegenstelling tot de twee voorgaande weken waar het bij zonsopkomst telkens onbewolkt was, zit het vanochtend potdicht.
Als we –filevrij- de Rheinbrücke bij Köln passeren weet de zon zich voor een eerste keer door de wolkjes heen te vechten. Na 200 km rijden over de snelweg, waarbij de drukte reuze meevalt, stoppen we even voor 09.00 uur voor een kop koffie bij Raststätte Heiligenroth langs de A3.

Op een serie vrachtwagenchauffeurs en een paar toeristen na, die net als ons hier stoppen voor een plasje en een koffie, is er nauwelijks sprake van enige drukte. Aan de vuilnisbakken langs de parkeerplaats te oordelen is die drukte er waarschijnlijk afgelopen nacht wel geweest. Het puilt links en rechts uit van de lege blikjes, flesjes, pizzadozen en andere etenswaarverpakkingen.
Verbaasden we ons vorig jaar over de grootte van de koffiebekers (XXL bleek helemaal niet zo groot als je zou verwachten), dit jaar heeft men hier opnieuw een probleem met afmetingen. De kartonnen bekers zijn vervangen door glazen exemplaren, een aangename vooruitgang. Men is echter vergeten de lengte van de houten roerstaafjes aan te passen aan de nieuwe glazen, zodat we eerst met de vingertjes in het schuim mogen duiken alvorens de suiker te kunnen roeren. :kwaad:

full

De zon breekt voor het eerst door bij de Keulse Rijnbrug​

full

Het was hier vannacht blijkbaar een drukte van jewelste​

full

Zoek het roerstaafje in drie stappen. Duidelijk een maatje te klein.​

Na het consumeren van een cappuccino en een macciato caramel, gaat het weer verder op de A3. Bij het naderen van Kreuz Frankfurt, een van de drukste verkeersknooppunten van Duitsland, wordt het inderdaad wat drukker en komen we een paar keer stil te staan. Het zijn echter telkens maar korte files en veel meer dan een paar keer 5 minuten vertraging hebben we niet.
Een paar kilometer voor het vliegveld van Frankfurt verlaten we kort de snelweg om te tanken en als we terug de A3 op draaien is van enige vertraging geen sprake meer. De rest van de rit boffen we, zien weliswaar nog de nodige wegwerkzaamheden, maar meer dan een tijdelijke verlaging van de maximum snelheid valt ons niet ten deel, waardoor we uiteindelijk nagenoeg filevrij door kunnen blijven rijden.

De langere stop rond het middaguur maken we –net als vorig jaar- in Wertheim. Een leuk stadje op maar een paar kilometer afstand van de doorgaande snelweg met een centrum vol smalle steegjes en veel vakwerkhuizen. Op bijna 380 km van huis, zowat halverwege de totale dagafstand, een ideale plek om even te onthaasten van asfalt en blik. Vorig jaar zijn we hier naar het glasmuseum geweest. Vlakbij het centrum ligt nog een burgruïne op een heuvel, maar omdat het vandaag maandag is, is bijna alles wat attracties en musea in Duitsland aangaat –net als in Tsjechië overigens- potdicht. Zo ook de burcht van Wertheim.
Even na twaalf uur parkeren we de auto aan de rand van het centrum, lopen door een paar leuke winkelstraatjes waar ons opnieuw opvalt dat men hier tussen de middag op behoorlijk wat plekken gewoon een uurtje gesloten houdt en nemen aan het marktplein in het centrum plaats op een terras onder de parasols. De zon heeft inmiddels zoveel terreinwinst geboekt dat het kwik al langzaam richting de dertig graden gaat. Een beetje schaduw kan derhalve geen kwaad.
Op het terras van de ijssalon , want daartoe blijken de goed gevulde tafeltjes en stoelen te horen, zijn we helaas net te laat voor het ontbijt. Ontbijttijd is over en de gebraden worstjes die ons vanaf de menukaart toelachen worden ’s middags niet meer geserveerd. Het zit hier echter goed, we willen niet verkassen naar een ander terras en beperken ons daarom tot een kop koffie en thee met Heidelbeer resp. Quark Kuchen die er beiden in gaan als koek. Letterlijk.
Mjammie! We slenteren aansluitend nog wat verder door een paar gezellige straatjes, kijken wat etalages en zitten tegen 14.00 uur weer in de auto om koers te zetten richting A3.

full

Wertheim Marktplatz in panoramablik​

Voorbij Nürnberg op weg naar de Tsjechische grens dient zich bij vrouwlief een sanitaire stop aan, maar helaas, geen uitgebreide mogelijkheden voor een fatsoenlijk wegrestaurant of ander etablissement met toilet te zien. De navigatieapparatuur geeft op een bepaald moment aan dat er niet veel verderop een Autohof met tankstation en restaurant zou moeten zijn. Op Tommie’s aanwijzingen verlaten we de snelweg en komen er tot onze verrassing achter dat het een gevalletje “Es war einmal…” betreft. Geen merkbare activiteit bij het tankstation, het er tegenover gelegen restaurant blijkt leeg en vervallen. Gras groeit tussen de tegels en het terras is met dranghekken afgezet.
Vrouwlief verdwijnt daarom op discrete wijze maar achterom het restaurantgebouw in de veronderstelling dat je er rustig en ongestoord je behoefte kunt doen.

full

Ergens op een verlaten Autohof nabij de A6 achter Nürnberg.​

Je behoefte doen in alle rust blijkt hier geen probleem.
Totdat op weg terug naar de auto er vanaf de andere kant achter het restaurant een auto met aanhanger verschijnt. Als deze het heuveltje afrijdt gaat het hopeloos mis.
De aankoppeling breekt, de aanhanger komt los van de auto die hem trekt en als die afremt haalt de aanhanger hem zijdelings in. Waarop de bestuurder verbaast opzij kijkt en ontzet constateert dat zijn eigen aanhanger hem inhaalt en vervolgens met een enorme klap pardoes omkiept.
Niet alleen de aanhanger is het padje kwijt, ook de bestuurder weet even niet meer hoe hij het heeft.

Hij blijft eerst 2 minuten star in de achteruitkijkspiegel kijken, stapt vervolgens uit, kijkt een tijdje radeloos naar de omgekiepte aanhanger en pakt dan zijn mobieltje om iemand te bellen.
Als we tien minuten later onze huisgemaakte salade opgepeuzeld hebben en weer terug naar de snelweg rijden zit de beteuterde man nog steeds te bellen. Vandaag is duidelijk niet zijn dag…

full

Oeps, de aanhangwagen op een zij. Nee, vandaag is duidelijk niet zijn dag...​

Vanaf de failliete Autohof rijden we in een ruk door naar Tsjechië. Aan de grens worden we verrast door een stevige plensbui, maar vijf kilometer verder klaart het al weer snel op. Gelukkig maar. Wel bemerken we een heel aangename temperatuursdaling als gevolg van de regenval. De buitentemperatuur zakt in no time van 29 naar 18 graden. Lang duurt de verkoeling niet want als de zon weer is doorgebroken warmt het wegdek dampend op en niet veel later staat de teller toch weer op 28 graden.
Na Plzeň verlaten we de D1 om langs een slingerende E49 richting Písek te rijden. Op dit laatste stuk maken we kennis met een stel kamikazepiloten die zowel waar het kan, maar ook waar het niet kan, proberen de net iets langzamer rijdende vrachtwagens voor ons in te halen. Met als netto-resultaat een paar minuten tijdwinst op 50 km. Het blijven rare jongens, die Tsjechische autobestuurders...

Onderweg passeren we Nepomuk met zijn groene heuvel, geboortedorp van de heilig verklaarde Johannes van Nepomuk die op menige brug als beschermheilige met een beeld vereeuwigd is.

full

Een plensbui aan de Duits-Tsjechische grens​

full

Welkom in Tsjechië​

full

Zelená hora, de groene heuvel bij Nepomuk​

Tegen 18.20 uur, ondanks het verlate vertrek toch nog een uur vroeger dan gepland, arriveren we bij hotel Villa Conti in Písek. Een net hotel, lekker rustig op een dikke kilometer van het centrum tegen de bosrand aan gelegen.
Binnen ziet het er donker uit, maar tuinpoortje en toegangsdeur zijn gewoon open. Als we aan de receptie op het belletje drukken en zich niemand meldt, bellen we via ons mobieltje het nummer van het hotel. Als er na enkele seconden iemand opneemt horen we de andere kant in stereo praten; een zijdeur gaat open en een we worden zowel mondeling als door de telefoon door de vrouw des huizes welkom geheten. Face to face praten is een stuk handiger, dus leggen we allebei lachend op en gaan op een normale manier verder.

We checken in, krijgen de sleutel van een kamer met balkon op de tweede verdieping, telefoneren even naar nederland om te laten weten dat we veilig zijn aangekomen en wandelen naar het stadscentrum op zoek naar een restaurantje. Aan een langgerekt plein zien we een enkel bomvol terras met overkapping. Het ziet er gezellig uit, men zou er typisch Boheemse gerechten serveren maar er valt aan publiek en lege glazen te oordelen dat er vanavond vooral veel gedronken en weinig gegeten wordt. Als we bijna aan het einde van het plein onder een galerie door lopen komen we aan de andere kant uit bij het Velké náměstí (Grote plein) en treffen daar in een hoekje het Griekse restaurant “Poseidon”. Hoewel aan de terraszijde geen tafel meer vrij is blijkt binnen nog ruim voldoende plek. Bijkomend voordeel: het is hier een heel stuk rustiger vertoeven dan buiten.

Tegen de bekend aangename Tsjechische prijzen eten we ons buikje vol en rond met Griekse spijzen. De Gambrinus 10º uit de tap maakt de maaltijd af. Bier en wijn smaken op vakantie nog beter dan thuis ;)

full

Het raadhuis aan het Velké náměstí​

Als we rond half negen uitgegeten zijn blijkt buiten de temperatuur aangenaam gezakt en lopen we een avondrondje door de stad.
Písek, als stad gesticht door Přemysl Otakar II in 1243, is met 30.000 inwoners de op twee na grootste stad van Zuid-Bohemen en moet het vooral hebben van de transportsector en het toerisme. Van dat eerste merken we hier in de binnenstad weinig. Van dat tweede wel; de terrassen zitten vrijwel overal vol met –als de nummerborden representatief zijn- vrijwel uitsluitend Tsjechische gasten. Het centrum van de stad valt onder de zogenaamde městskou památkovou zónou, oftwel de stedelijke monumentenzone.

Voordat de stad gesticht werd bevond zich al sinds de 6e eeuw voor Christus een nederzetting aan de oever van de Otava rivier met de naam “Na Písku”. De uiteindelijke reden voor het oprichten van een stad op deze plek waren tweeërlei; de al aanwezige nederzetting nam een strategische plek in op de zoutroute die van Passau (Beieren) via Prachatice naar Praag liep, maar ook kwamen er van heinde en verre gelukszoekers naar de plek aan de rivier omdat het door het water meegenomen zand goud bleek te bevatten. Dat verklaart meteen de herkomst van de naam; “písek” betekent letterlijk “zand”.
Het op grote schaal winnen van goud uit goudaders en rivierzand heeft hier plaatsgevonden van ongeveer 800 na Christus tot ver in de 16e eeuw. Op dat moment waren de goudaders zodanig uitgeput dat het te arbeidsintensief en daarmee te duur werd om nog op georganiseerde schaal verder te gaan met de goudwinning. Tegenwoordig zijn de nog aanwezige korreltjes zo klein dat je er 17.000 van nodig schijnt te hebben om één gram goud bij elkaar te sprokkelen. De naam van de rivier vindt eveneens zijn oorsprong in de goudgeschiedenis; Otava is een verbastering van “Atava” wat zoiets als “rijke rivier” betekent.

Anno 2018 wordt er nog één keer per jaar massaal naar goud gespeurd. In Kestřany, ongeveer 12 km stroomopwaarts, vindt sinds de zomer van 1992 jaarlijks de Rýžování zlata plaats. Bij deze goudwaswedstrijd is het de bedoeling dat de deelnemers in de Otava binnen 15 minuten met behulp van een pan zoveel mogelijk goudkorreltjes uit het rivierzand wassen. Deelnemers worden ingedeeld in drie categorieën: “kinderen”, “amateurs” en “professionals”. Jurering geschiedt door de Tsjechische Goudwas Associatie die ook op andere plaatsen in het land dit soort wedstrijden organiseert. Hoofdprijs: 5 gram zuiver goud in de vorm van een medaille.
We zijn net vijf dagen te vroeg in Písek om dit festijn, dat vergezeld gaat door een BBQ, muziekfestival en kinderactiviteiten, mee te kunnen maken. Het filmpje op https://pisecky.denik.cz/galerie/ry...ml?mm=6277575&back=4205055808-1254-28&photo=2 ziet er in ieder geval leuk uit.

Al wandelend door de straten van Písek komen we uit bij een van de bekendste bezienswaardigheden, de Kamenný most. Het betreft hier een stenen brug uit het derde kwart van de 13 eeuw, ruim 80 jaar ouder dan de bekende Karelsbrug in Praag, waarmee het de oudste bewaard gebleven brug van Tsjechië is. Lange tijd werd de brug ook wel Jelení most genoemd. Dat zit zo: toen de brug gebouwd was werd er afgesproken dat men haar zou vernoemen naar de eerste die via de brug naar de andere zijde van de Otava zou lopen. Tot ieders verrassing was het echter geen persoon die de brug als eerste benutte, maar was het een hert dat uit de nabij gelegen bossen via de brug naar de andere oever rende. Vandaar dat de brug toentertijd de naam Jelení most (hertenbrug) heeft gekregen, een naam die ook in de volksmond nog tot in de 21e eeuw gebruikt werd.
Om een einde te maken aan de langlopende discussie over hoe de brug nu officieel te noemen besloot de stad in 2007 dat het vanaf dan de Kamenný most zou zijn. De stenen brug dus.

Oorspronkelijk stonden er ter bescherming twee torens aan de uiteindes van de 110 meter lange en ruim 6 meter brede brug. Toren 1 is tijdens een overstroming in 1768 ingestort, nummer 2 is afgebroken in 1825 omdat hij een obstakel vormde voor het alsmaar toenemende verkeer. Wat wel rest zijn 6 van de originele 7 bogen. De zevende boog is een vervanging uit 1768 en werd twee keer zo breed gemaakt als de andere bogen waardoor ook de wat grotere vlotten onder de brug door konden varen. De brug werd in het verleden vaak beschadigd door overstromingen, maar de laatste grote vloed van 2002 heeft ze op wonderlijke wijze overleefd. Het water steeg tot 2 meter boven het wegdek, maar doordat er in de jaren negentig al verankeringwerkzaamheden hadden plaatsgevonden spoelde slechts één muur weg tijdens de overstroming van de eeuw.

Op de brug bevinden zich een aantal replica’s van barokke beelden, waarvan de originelen in het plaatselijke Prácheňské muzeum te bezichtigen zijn. Uiteraard ontbreekt Johannes van Nepomuk, vergezeld door twee engelen, ook hier niet.
Tot voor de reconstructiewerkzaamheden van 1992 reed er nog een busdienst over de brug, maar nadien werd deze, en het overige verkeer, via de verderop gelegen Nový most (Nieuwe brug) over de rivier geleid. Dat is wel zo prettig voor de voetgangers. Behalve voor een enkele fietser hoeft de wandelaar niet meer op langsrijdend verkeer te letten of ervoor te wijken.

full

Nepomuk met twee engelen op de stenen brug over de Otava​

Aan de andere oever wacht ons een verrassing in de vorm van Pískoviště Písek 2018. Langs de kleine boulevard aan de Otava staan een aantal prachtige zandsculpturen. Met behulp van Google Translate ontdekken we dat de beelden gemaakt zijn in het weekend van 11, 12 en 13 mei, ter gelegenheid van de jaarlijkse Pískoviště Písek(letterlijk zandbak van Písek). Dit jaar is het thema het honderdjarig bestaan van de Republiek en inderdaad treffen we twee beelden die we direct kunnen koppelen aan de republiek: President Masaryk te paard en even verderop de Boheemse leeuw.

full

Masaryk te paard als zandsculptuur met de Kamenný Most op de achtergrond​

full

Helaas hebben ook de duiven in de afgelopen maanden de van zand gemaakte Masaryk ontdekt​

full

De Boheemse Leeuw kijkt uit over de Otava​

Maar we zien ook een paar sculpturen waarvan we in eerste instantie niet de connectie begrijpen. De eerste is een stoomtrein met opschrift “Praha-Písek”, maar worden hier met GT niet veel wijzer van. Achteraf speurwerk op internet leert ons dat het de aankomst van redacteur František Hanzlíček betreft. De beste man werd op 14 oktober 1918 vanuit Praag per trein naar Písek gestuurd nadat de centrale socialistische raad in Praag besloten had de menigte toe te spreken tijdens een in Písek uitgeroepen algemene staking. Het (geheime) plan was dat na de stakingstoespraak in Písek de Tsjechische Republiek uitgeroepen zou worden, maar het idee lekte uit en de plannen om de Republiek uit te roepen werden afgeblazen. Hanzlíček was echter op dat moment al op de trein gestapt en was onwetend van het feit dat de plannen waren teruggedraaid. Inmiddels had zich als gevolg van de staking een op 5000 personen geschatte menigte op het Grote Plein in Písek verzameld en riep Hanzlíček aan het einde van een serie toespraken ten overstaan van de stakers de Tsjechische Republiek uit, met daarbij de opmerking dat ditzelfde op dat moment zou gebeuren op het oude stadsplein van Praag. Dat laatste klopte uiteraard niet, want in Praag zelf waren de plannen teruggedraaid.

full

De stoomtrein uit Praag brengt Hanzlíček naar Písek​

De uitroeping van de republiek in Písek werd met de komst van twee regimenten Hongaarse soldaten na één dag in de kiem gesmoord. In Praag werd een commissie opgericht die de gebeurtenissen in Písek moest gaan onderzoeken. Hanzlíček en een paar sprekers uit omliggende steden waren inmiddels opgepakt en de burgemeester kreeg een boete van 200 Kronen omdat hij in de stad spandoeken en rood-witte vlaggen had laten ophangen.
Het was maar van korte duur, want 14 dagen later werd vanuit Praag alsnog daadwerkelijk de Tsjechische republiek uitgeroepen. De stad Písek is trots op deze “fout” en gebruikt hem tegenwoordig als ironische marketing slogan, waarbij Písek gepromoot wordt als de stad die de rest van het land altijd één stap voor is. In 1887 was het de eerste Tsjechische stad met elektrische straatlantaarns, in 1918 was het de eerste stad in de nieuwe Tsjechische republiek.

Dit gevonden hebbende, snappen we ook wat in de volgende zandsculptuur te zien is: de stakende menigte heeft zich voor een groot gebouw verzameld, het stadhuis aan het grote plein, met daarop een persoon op het balkon: Hanzlíček die in Písek de republiek uitroept.

full

14 oktober 1918, Hanzlíček roept vanaf het balkon van het raadhuis de Republiek uit​

full

Drie mannen en een auto met panne ???​

Om het laatste zandbeeld te kunnen begrijpen, hebben we wederom mogen googlen. Drie personen, gekleed in net pak met stropdas, zitten enigszins beteuterd en besluiteloos in een auto waarvan een wiel is afgebroken. Dat is wat we zien. Maar wat is hier de betekenis van?
Via internet leren we dat het de door de gouverneur ingestelde Praagse commissie is, die eigenlijk een onderzoek moet gaan instellen naar de gebeurtenissen in Písek. Geen van de Praagse functionarissen staat te popelen om deze taak uit te voeren, temeer daar het slechts een kwestie van dagen of weken lijkt te zijn totdat de republiek alsnog uitgeroepen gaat worden. Het komt hen dan ook prima uit als de auto waarmee ze vanuit Praag naar Písek rijden, halverwege bij de stad Dobríš panne krijgt. Als na enkele dagen de auto gerepareerd is en men de reis voortzet, blijkt dat in Písek het werk al is opgeknapt. Hanzlíček en consorten zitten in een cel en de burgemeester heeft “foei” te horen gekregen met een rekening van 200 Kronen erbij.
Als op 28 oktober 1918 in Praag vervolgens echt de Republiek wordt uitgeroepen, twijfelt men in Písek aan het waarheidsgehalte en duurt het nog een dag eer men na telegrammen uit Praag Hanzlíček durft vrij te laten en deze voor de tweede keer, ditmaal een dag later als in de rest van het land, maar opnieuw vanaf het balkon van het Písekse raadhuis, de onafhankelijke republiek uitroept.
Tot zover deze geschiedenisles uit de zandbak van Písek.

Vanaf de zandsculpturen lopen we terug de brug over en volgen aan de stadszijde de oever van de Otava stroomopwaarts. Ook hier enkele terrassen die vol zitten met van de zonsondergang genietende toeristen.
We passeren de voet van de gotische burcht waarin het Práchenské muzeum gevestigd is, ons daarbij nog een paar maal omdraaiend om de stenen brug van de andere kant te kunnen bekijken. Aan de overkant van de Otava komt de bovenverdieping van een restaurant boven de dijk uit en aan het lawaai te oordelen zit ook daar het terras goed vol. Even verderop ligt de Vodní elektrárna královského mesta Písku, een hele mond vol voor de waterkrachtcentrale in de koninklijke stad Písek. Ook hier is een museum gevestigd rondom alles wat met elektriciteit te maken heeft.

full

De burcht van Písek, tegenwoordig museum, met rechts in het hoekje de waterkrachtcentrale​

We proberen door een van de ramen een glimp van het interieur op te vangen, maar echt veel valt er door gebrek aan verlichting niet te zien. We passeren een kerkplein met een monument waarop een aantal voor de stad belangrijke historische data gegraveerd zijn en worden op het volgende plein, het Alšově náměstí, getrakteerd op een aantal mooie gevels, waarvan enkele met sgraffiti gesierd zijn.
De mooiste ervan, naar onze smaak dan, zetten we op de foto. Doordat het inmiddels aardig schemert, waarschijnlijk is de zon al onder, lukt dat maar ten dele met de kleine vakantiecamera. Met de E-M1 had dat beter gelukt, maar ja, die ligt natuurlijk op onze hotelkamer…
Het in neorenaissancistische stijl gebouwde huis, met een opvallend hoektorentje, bevindt zich op de kruising Alšově plein en de Chelcického straat en heet U Černého Orla, Bij de Zwarte Adelaar. En inderdaad, op de hoek bevindt zich aan de gevel een medaillonachtige afbeelding van een zwarte adelaar.

full

U Černého Orla
Het oorspronkelijke huis dat hier ooit gestaan heeft fungeerde als herberg, maar het is rond 1890 vervangen door het huidige paleisachtige gebouw dat diende als huisvestiging voor de Pilsener burgerlijke spaarbank. De herberg verhuisde daarbij naar elders in de stad. In een later stadium werd het gebouw gebruikt als kliniek, zo lezen we, maar het is ons niet helemaal duidelijk of het anno 2018 ook nog die functie heeft. Waarschijnlijk zijn er gewoon appartementen op de tweede verdieping gevestigd. De gevels zijn versierd met mooie sgraffiti en schilderijen van allegorische figuren door de Praagse schilder Adolf Liebscher, die leefde van 1857 tot 1919 en ook de lunetten van het nationaal theater in Praag schilderde.

We slenteren door nog wat straatjes in het centrum, etalages en gevels bekijkend en even na de klok van tienen zijn we terug in het hotel. Moe maar voldaan kruipen we in bed, sturen een mailtje naar het thuisfront en sluiten de oogjes om morgen weer uitgerust op te kunnen staan.

Dobrou noc! / Een goede nacht!
 
Het is wat extra werk, maar zelf een vakantiereis organiseren is toch stukken leuker, dan een kant en klaar product te kopen, en de vakantie doorbrengen met een nummer aan een lint om je nek, bovendien, je inleven in een vooruitzicht is ook al een klein beetje vakantie.
Als je dan in de winter nog een keer over het beleefde een leuk verhaal schrijft op deze site , is de vakantie de moeite waard geweest, ik ben benieuwd wat nog komt ?
 
Dag 2 Dinsdag 24 juli 2018: Hrad Zvíkov en Zámek Orlík

Na het ontwaken vanochtend slaat vrouwlief eerst een uurtje aan het breien terwijl ondergetekende de belevenissen van gisteren in een serie steekwoorden en zinnen voor het thuisfront (en om later voor eigen gebruik te kunnen uitwerken) aan de laptop toevertrouwt.
Tijdens dat uurtje lukt alsnog wat gisteravond maar niet wilde; de powerbanks opladen. Om een of ander reden waren die gisteravond allebei binnen 5 minuten na het aansluiten loeiwarm. In eerste instantie veronderstelde ik dat er iets niet klopte met de stroomtoevoer. Vanochtend bleek dat een kapotte splitter de oorzaak was. Eens die tussen de laadkabels uitgehaald verloopt het opladen weer als vanouds. Omdat ik gisteren ook de iPhone niet meer opgeladen kreeg had die vanochtend nog maar een paar procent fut dus komt het pre-ontbijtuurtje prima van pas; met alle laadkabels in gebruik kan de iPhone aan de laptop laden.

Tegen acht uur gaan we naar beneden voor het ontbijt.
Vriendelijke bediening (wilt u een gebakken ei, gekookt ei, spiegelei misschien?) en volop keuze: allerlei soorten groenten en fruit, vijf soorten brood, langwerpige broodjes met maanzaad, gewone kaas, brie en nog 3 Franse kaasjes, leverpaté, cervelaat, ham, zoet beleg, yoghurt, huisgemaakte kwark, muesli, drie soorten cakejes enz enz.

Als we aan tafel plaatsnemen zitten er twee andere stellen in de ontbijtruimte. Gezien het aantal auto’s op de parking zijn de acht kamers die het hotel heeft vol of bijna vol, maar gezien de zes weliswaar gedekte maar nu onbezette tafels liggen de meeste gasten nog op één oor. In de netjes ingerichte ruimte staat een tv die –zonder geluid- nieuwsberichten in flitsvorm vertoont en op de achtergrond speelt een radio jaren tachtig hits. We zitten we ruim een uur op ons gemak aan het ontbijt. Zo voor en na komen ook andere gasten langs maar het lijkt erop alsof die meer haast hebben; een sneetje belegd brood, wat kleins erbij, kopje koffie of glaasje sap en weg zijn ze weer. Boheems genieten gaat in een beduidend hoger tempo dan Bourgondisch genieten.

Als we terug op de hotelkamer zijn check ik even of de gisteren gepinde 5800 kronen al zijn afgeschreven, maar dat is niet het geval. Ik heb weer eens een foto van de ATM gemaakt om te kijken hoeveel de conversie-“service” van de bank dit jaar scheelt. Als het geld een paar dagen later wel is afgeschreven blijkt er ten opzichte van vorig jaar niet veel veranderd.
Tegen de exchange-rate van 22,3 CZK tegen 1 EUR meldde de bankterminal dat de “met conversie optie” zou resulteren in een afschrijving van 260,14 euro. Uiteraard kozen we voor de non-conversie optie en uiteindelijk werd er 228,85 euro afgeschreven. Bijna 32 euro minder dus. Een bedrag dat ruim boven de rekening van de Griek van gisteren ligt. Er wordt regelmatig op allerlei reis-websites gewaarschuwd voor geldwisselkantoren die onaantrekkelijke wisselkoersen hanteren, maar die boefjes bij de bank kunnen er ook wat van!
Tegen tienen willen we in de auto stappen maar die sputtert wat tegen. Het portier gaat niet meer open met de afstandsbediening. Met de sleutel in het slot kan de zaak gelukkig wel ontgrendeld worden. Opnieuw via de afstandsbediening lukt het wel de auto te vergrendelen, maar ontgrendelen is er niet meer bij. Raar. Later op de dag lukt ook het vergrendelen via de afstandsbediening niet meer en moeten we zowel bij in als bij uitstappen op ouderwets mechanische wijze de deur openen en afsluiten. Zo te zien is de batterij gewoon leeg, maar hoe we ook proberen, we krijgen de sleutelbehuizing niet geopend om de batterij te kunnen vervangen.
Ach ja, dan zoeken we dat thuis wel weer uit. Voor nu kunnen we ons behelpen. Een beetje onhandig, maar het werkt.

Eerste bezoekdoel voor vandaag is Hrad Zvíkov, een 13e eeuwse burcht op zo’n 15 km ten noorden van Písek. Als we de stad uit zijn rijden we een kwartiertje door een licht golvend landschap met aan weerszijden diverse velden met verse hooirollen. Het heeft wat weg van Midden-Frankrijk. Dat wil zeggen, als je uitsluitend naar het landschap zelf kijkt. Direct naast het asfalt staan op veel plekken grillig gevormde bomen, vaak appelbomen. En dat laatste is iets wat je in Frankrijk minder vaak ziet maar hier des te meer.

full

Afgezien van de appelbomen lijkt het wel Midden-Frankrijk​

Na een kleine twintig minuten parkeren we de auto, zoals gebruikelijk tegen een klein bedrag, op de Parkoviště hrad Zvíkov, zo’n 700 meter van de ingang verwijderd. De burcht bevindt zich op een soort langgerekt schiereiland bij de samenvloeiing van twee rivieren: de Vltava, bij ons beter bekend als de Moldau, en de Otava, dezelfde rivier die door Písek stroomt. Bij de voorbereiding van wat we vandaag willen bezoeken zagen we dat het mogelijk was om het kasteel bij Orlík nad Vltavou en de burcht Zvíkov te combineren middels een boottocht, maar gezien het beperkte aantal vaarten op een dag en het feit dat je daardoor aan bepaalde tijden vast zit hebben we besloten de ca 8 km van elkaar verwijderde bouwsels per auto te bezoeken. Met als bijkomend voordeel dat we onderweg wellicht nog iets extra’s kunnen bekijken of een extra stop maken als we onverwacht wat extra tijd over zouden hebben.
Dat was een verstandige zet waarover later vandaag meer.
Omdat de weersvoorspelling de nodige warmte in de loop van de dag belooft, stallen we de heilige koe aan de rand van de parkeerplaats op een van de weinige schaduwrijke plekjes die nog vrij zijn. Bij de “Kiosek nad Hradem” ligt een groot dienblad op een bijzettafeltje en is een medewerker druk bezig met het op temperatuur brengen van de grill. We kijken op de klok: half elf in de ochtend. De spreuk “carpe diem” is hier helemaal op zijn plaats, dit is inderdaad de juiste tijd om met de worsten te beginnen. We bewaren het kioskterras voor later en wandelen richting burcht. Echt druk is het er niet. Minder dan we verwacht hadden in ieder geval. Op internet lazen we al dat Zvíkov bij de Tsjechen zelf wel in trek is, maar dat de burcht onder buitenlandse toeristen een stuk minder bekendheid geniet dan kastelen als bijvoorbeeld dat van Orlík of dat van Hluboka nad Vltavou. Achteraf bezien geheel onterecht als je het ons vraagt, maar op de parkeerplaats staat inderdaad één auto met een Brits en één met een Slowaaks kenteken. Voor de rest louter Tsjechische nummerplaten. De asfaltweg die van de parking naar de zuidzijde van de burcht leidt is aan weerszijden omringd door voldoende bomen die dankzij hun schaduw, ondanks dat het nu al 30º C is, het toch nog redelijk koel te houden.

full

Toegangspoort Písecka Brána​

In tegenstelling tot veel andere burchten en kastelen waar je middels gegidste rondleidingen op vaste tijden in een groep rond kunt gaan, is het op de burcht Zvíkov na het betalen van de entreeprijs van 70 czk (nog geen 3 euro!) mogelijk om op eigen gelegenheid en eigen tempo een en ander te bekijken. Vrijwel overal waar iets te zien valt is er naast de Tsjechische infoborden ook uitleg in het Engels en meestal ook nog in het Duits, Russisch, Frans en Italiaans beschikbaar. Aan de kassa van het betaalde deel krijgen we daarnaast ook nog een Nederlandse tekst op een geplastificeerd A4-tje mee waar een en ander over geschiedenis en belang van de burcht uitgelegd wordt.

Nog voor we op de centrale burchthof arriveren komt ons een middeleeuwse kledij getooid gezelschap tegemoet. Voorop een vaandelzwaaier gevolgd door een trommelaar die het gezamenlijke marstempo aangeeft. Daarna twee hellebaardiers, een dame van stand en twee knechten, even verderop gevolgd door twee heren die druk bezig zijn met aanbrengen van buskruit in de loop van een behoorlijk zwaar uitziend geweer. Zo ongeveer waar de kassa is houden ze halt en begint het achterste duo met de voorbereiding voor het lossen van een geweerschot.

full

Collegium Armatum kondigt zich aan​

De meeste bezoekers komen wat dichterbij en een paar kinderen stoppen alvast de vingers in hun oren. Het duurt even maar na een minuut of wat is men zo ver en klinkt een flinke knal tussen de burchtmuren, waarop een van de mannen het woord neemt en er flink wat onverstaanbaars uitratelt. Dankzij een bord op het gras begrijpen we dat het gezelschap de naam “Collegium Armatum” heet en zometeen een voorstelling geeft.
Nu wil het toeval dat we dit gezelschap tevoren al bij naam kenden. Op de toeristische site van de stad Třeboň hadden we namelijk gezien dat de groep op het kasteel aldaar later deze week een avondshow zou geven. Het leek wel interessant om een keertje mee te maken, en komende week stonden Třeboň toch al op het programma, dus op de planning hadden we al rekening gehouden met een bezoekje aan Collegium Armatum.

Groot is nu onze verrassing als blijkt dat datzelfde Collegium toevallig vandaag en morgen hier in Zvíkov ook twee keer 3 voorstellingen geeft, waarvan de eerste vanochtend om 11.15 uur. We besluiten daarom de ingang van het kasteelgedeelte even links te laten liggen om de voorstelling te kunnen bezoeken. Om de bocht zoeken we een plekje aan de rand van het grasveld waar over een dikke 20 minuten Collegium Armatum het (strijd)toneel betreedt. Omdat het grootste deel van het grasveld door de felle zon en het gebrek aan wind als gevolg van de omringende kasteelmuur nauwelijks verkoeling biedt, verzetten we de klapstoeltjes naar de zijkant waar dankzij een muurtje nog net een smalle strook schaduw valt. We zijn niet de enigen die op dit idee komen. Nog voordat de voorstelling begint verdeelt de “tribune” zich in twee groepen; zij die de zon (nog) geen probleem vinden en zij die met hun stoel toch liever een koeler plekje opzoeken. Het laatste biedt ook nog eens het voordeel dat we niet tegen de zon in hoeven turen, hetgeen het kijkplezier dubbel ten goede komt.

Voordat het gezelschap begint mogen een paar kinderen alvast eens voelen aan de wapens die ze bij zich hebben. Aan de gezichtsuitdrukkingen te oordelen zijn die verrassend zwaar.
Precies op tijd begint “Pikenýři” (de piekeniers) en komt een op een flinke neus na zwaar op Cyrano de Bergerac gelijkend figuur het gras op. Op amusante wijze begint hij een en ander te vertellen over wat we te zien krijgen. Veel verstaan we er niet van, maar gedurende de voorstelling wordt duidelijk dat het tijdperk van handeling de Dertigjarige Oorlog is en dat we een demonstratie krijgen van het gebruik van diverse in die tijd gebruikelijke wapens. Daarbij worden de (toneel)spelers opgedeeld in twee legers, waarvan het ene met overdreven Duits accent en het andere kennelijk van Zweedse komaf. Al toneelspelend worden korte stukjes veldslag tegen elkaar uitgevochten totdat één van de twee partijen, telkens dezelfde, met minimaal één soldaat overblijft. De geroutineerde verteller, die zelf ook regelmatig aan spel en gevechten meedoet, brengt het met een guitige blik en heeft overduidelijk plezier in zijn rol, iets dat de aanwezige toeschouwers, wijzelf incluis, ook snel hebben.

full

De piekeniers van Collegium Armatum onder leiding van Cyrano CZ​

full

Demonstratie degengevecht​

Met de nodige humor worden er een aantal demonstraties gegeven van het gebruik van lans, hellebaard, zwaard, degen en musket en geeft de Tsjechische Cyrano tussendoor regelmatig een korte toelichting. Van die toelichting verstaan we niks, maar dat maakt het schouwspel niet minder interessant. Dankzij humor en toneelspel blijft het een boeiende aangelegenheid die bij de bijna 100 toeschouwers (en vooral bij de kinderen) mede door een aantal karikaturale rollenspellen regelmatig de lachspieren in beweging krijgt.
Als het spel er na zo’n drie kwartier erop zit mogen de kinderen met de hoofdrolspelers op de foto, iets waar gretig gebruik van gemaakt wordt.
Dat was nog eens een leuke verrassing !

Het is inmiddels even na het middaguur als we via de kassa het voor het betalend publiek toegankelijke deel van hrad Zvíkov gaan bezoeken.
Zvíkov is de bekendste gotische burcht van Bohemen en werd door de historicus August Sedláček (1843-1926) ooit “de koningin onder de burchten” genoemd, een titel die ze tegenwoordig op diverse websites nog steeds draagt. De burcht, die voor het eerst officieel genoemd wordt in een document uit 1234, is niet veel daarvoor gebouwd ten tijde van de heerschappij van koning Přemysl Otakar I. Toen de Přemysliden dynastie in 1306 uitstierf ging het eigendom van de burcht over naar de familie Rožmberk. In de 14e eeuw pompte Karel IV er flink wat geld in middels een grootse renovatie, o.a. omdat op dat moment de nabij Praag in aanbouw zijnde burcht Karlštejn nog niet gereed was en een van de torens van Zvíkov zo lang ging dienen als opslagplaats voor de Boheemse kroonjuwelen. Gedurende de eeuwen kwamen en gingen vele eigenaren, werd er meermaals omgebouwd en bijgebouwd, werd de burcht vaak belegerd maar gaf men zich slechts één keer over in de 17e eeuw en bleef ze uiteindelijk rond 1840 als verwaarloosde ruïne achter. Uiteindelijk vindt daarom in 1880 nogmaals een omvangrijke renovatie plaats, ditmaal gefinancierd door de familie Schwarzenberg die op dat moment de eigenaar is. Sinds 1948 is de Tsjechische staat eigenaar en in 1950 wordt de burcht tot nationaal cultureel monument verklaard.

Tot die tijd heeft de burcht eeuwenlang op een rotspunt hoog boven de dalen van de Vltava en Otava gelegen maar enkele jaren later verandert het omgevingsbeeld ingrijpend. Als gevolg van de aanleg van een stuwdam in de Vltava ter hoogte van Orlík stijgt het waterniveau tot een tiental meter van de burchtmuren. Waar ooit de burcht ver boven de rivieren uitstak ligt ze sinds begin jaren zestig op een langgerekt schiereiland in een meerachtige samenvloeiing van twee rivieren. In een tentoonstelling in een van de burchtruimtes zien we oude tekeningen en zwart-wit foto’s die een mooi beeld geven van hoe het hier vroeger ooit uitgezien moet hebben.

full

Zvíkov door de eeuwen heen, ooit stond het water een stuk lager​

full

Toegang tot een van de kelders​

Zodra je de burcht betreedt wordt je ondergedompeld in een ander tijdperk. Alles ademt hier middeleeuwen. In de kelder en gewelven bekijken we diverse archeologische vondsten, variërend van hellebaarden en musketonderdelen tot kanonskogels en middeleeuwse sleutels. Het is er een stuk frisser dan buiten. Het gerucht gaat dat er een 4 km lange gang naar hier zou lopen maar men heeft die nooit gevonden. Ook als we een stuk verder in de bovengrondse ruimtes lopen heerst er een aangename temperatuur die een stuk lager ligt dan in de brandende zomerzon. Via een pijlenroute wordt je door diverse kamers en zalen heen geleid en krijg je een beeld hoe men hier vroeger gewoond en geleefd heeft. Het centrale paleis, de koninklijke slaapkamer, eetkamer, ridderzaal enz. enz.
Niet te missen hoogtepunt vormen de mooie wandfresco’s in diverse ruimtes, waaronder de prachtige Václav-kapel, een meesterstuk der middeleeuwse gotiek. We proberen een en ander op beeld te vangen, maar ook met de camera in panoramastand zijn we niet in staat de overweldigende architectuur en de pracht van de 15e eeuwse wandschilderingen op foto vast te leggen.

full

Wenceslas-kapel​

Samen met de Hlízová věž (Hlíza toren) vormt de Václav-kapel (Wenceslas-kapel) een van de meest waardevolle en tegelijkertijd oudste delen van Zvíkov. Sinds het bouweinde onder Přemysl Otakar II is er niks meer veranderd aan de constructie van de kapel.
Op menig plaats zou deze geschiedkundige schat met camera’s, beschermend materiaal, dranghekken en suppoosten zwaar beveiligd worden, Maar op een subtiel weggewerkt cameraatje en een simpel staaldraadje als afstandsbewaarder na is hier niets van dit alles te merken. Het gevolg is dat de middeleeuwse sfeer optimaal tot zijn recht komt. Voeg daarbij het ontbreken van horden toeristen en je waant jezelf een ontdekkingsreiziger die door een teletijdmachine in een andere wereld terecht is gekomen.

full

De wapenkamer​

full

Binnenhof van het koninklijk paleis​

full

Fresco's in de taneční sál (dans en trouwzaal)​

Vanaf het dak bovenop het paleisgedeelte genieten we van uitzicht op Vltava en Otava. Aan beide kanten varen enkele pleziervaartuigen waardoor je een beter gevoel krijgt voor hoe groot de watervlakte is. De buitentemperatuur is inmiddels opgelopen tot 32ºC, maar door de combinatie van de omringende watermassa en een frisse wind valt de warmte hier nog reuze mee.

full

Uitzicht over de Otava​

Hoe anders voelt de warmte als we tegen kwart voor twee weer terug op het asfalt van de parkeerplaats staan. Dorstig nemen we plaats op het terras van de kiosk waar men vanochtend al met de gegrilde worsten in de weer was. De halve liter Limo Malinová uit de tap is meer dan welkom. En tsja, als er dan toch al heel de dag worsten liggen te wachten om opgegeten te worden gaan ook wij aan de Klobása ;)

Als worst en drank verorberd zijn rijden we een klein stukje noordwaarts en draaien een klein kwartiertje later de parking bij Zámek Orlík op. Ook nu vinden we op een hellende grasvlakte onder een grote boom in het hoekje nog een vrije plek met de schaduw. Parkeervakken daar doet men hier niet aan; zet maar ergens neer op het gras waar plaats is.
Hier trouwens in tegenstelling tot bij Zvíkov geen parkeerwachter in een blokhutje, maar een heuse automaat met slagboom. Via een parkachtige omgeving komen we op een open plein waar het kasteel van Orlík nad Vltavou in al zijn glorie staat te stralen in de zon. De witte muren vormen een mooi contrast met het blauw van de lucht erachter. Wel jammer dat vanuit veel plaatsen op het plein twee bomen een deel van de gevel aan het zicht onttrekken. Er lopen weinig bezoekers op het plein. Het is hier duidelijk minder druk dan bij Zvíkov. Dat zal enerzijds ermee te maken hebben dat veel mensen op deze warme middag voor een koeler vertier gekozen hebben, maar aan de andere kant gebiedt de eerlijkheid dat hier ook een stuk minder te doen is dan bij Zvíkov, zeker voor kinderen. Aan de zijkant van het plein is een kleine met lint afgezette strook waar men tegen betaling met pijl en boog op een doel kan schieten. Wat buitenactiviteiten aangaat is het dat dan ook.

full

Zámek Orlík​

Het kasteel zelf is uitsluitend te bezichtigen middels een gegidste rondleiding van iets meer dan drie kwartier. De eerstvolgende blijkt om 15.20 uur te beginnen. Dat is het nu bijna dus lang hoeven we niet te wachten. Uiteraard uitsluitend in het Tsjechisch, zoals op de meeste plaatsen hier, dus daarom mogen we teruggrijpen op een Engelse vertaling die ons (waarschijnlijk) over de meeste ruimtes ongeveer hetzelfde leert als de jongedame die in het Tsjechisch aan een stuk door ratelt.

Net als Hrad Zvíkov is ook Zámek Orlík in de 13e eeuw gebouwd. De rots waarop het kasteel gebouwd is lag toentertijd ruim 60 meter boven het water de Vltava, maar net als bij de burcht van vanochtend is ook hier de waterspiegel tot zowat aan de kasteelmuren gestegen als gevolg van de aanleg van de Orlík stuwdam. Die stuwdam is trouwens vernoemd naar het kasteel en het bijliggende dorpje. Het kasteel zelf zou zijn naam te danken hebben aan het feit dat ten tijde van de eerste bouw het hoog op de rots iets weg had van een adelaarsnest en het Tsjechische woord voor adelaar is Orla.
Orlík werd gebouwd als vroeggotische koninklijke burcht. Het was een belangrijk punt van waaruit de koninklijke macht zich in de regio kon verbreiden, maar ook diende het ter verdediging van het achterliggende land. In de loop van de 14e en 15e eeuw werden er diverse herbouwingen en uitbreidingen doorgevoerd tot in de 16e eeuw het slot een verdieping erbij kreeg en werd aangepast in de toen gebruikelijke renaissance stijl.
Na een aantal wisselingen werd in 1719 de adellijke familie Schwarzenberg eigenaar. In het begin van de 19e eeuw werd het kasteel tijdens een brand volledig verwoest. Bij het herbouwen werd er een derde verdieping bijgebouwd en verkreeg het kasteel zijn huidige uiterlijk. In de tweede helft van de 19e eeuw werden er tot slot nog een aantal gotische elementen vernieuwd. Waar andere burchten en kastelen na de Tweede Wereldoorlog vaak overgingen naar de Tsjechische staat zijn hier sinds 1992 weer de nazaten van het geslacht Schwarzenberg eigenaar en het is van die familie dat je tijdens de rondleiding door het kasteel een goed beeld krijgt hoe men in de 19e eeuw hier leefde.

Een van de Schwarzenberger kasteelheren was een persoonlijke vriend van de Franse keizer Napoleon. Inderdaad zien we tijdens de rondleiding een door Napoleon aan Schwarzenberg geschonken buste, maar door de verwikkelingen van hun beider vaderlanden kwamen ze tijdens de slag bij Leipzig in 1813 als vijanden tegenover elkaar te staan. Onder aanvoering van Schwarzenberg liep die slag uit op een nederlaag voor Napoleon. Schwarzenberg ontving hiervoor onderscheidingen uit heel Europa (behalve natuurlijk uit Frankrijk) en een groot aantal daarvan kunnen we in vitrines in een van de kamers bewonderen.
De inrichting van verscheidene kamers is afkomstig uit de Tsjechische ambassade in Parijs die vorst Karel I van Schwarzenberg door gebrek aan ondersteuning vanuit zijn vaderland in eerste instantie persoonlijk bekostigd had en bij zijn vertrek uit Parijs daarom maar mee heeft genomen naar zijn kasteel. Een van de gangen hangt vol jachttrofeeën waaronder tegen de muren aan weerszijden een driehonderdtal geweren blinkend pronken. Erg indrukwekkend allemaal, maar helaas mogen we binnen geen foto’s binnen maken.

full

Uitzicht over de Vltava​

Na drie kwartier komen we door een smalle deur aan de zijkant het kasteel uit en is de rondleiding gedaan. Een mooi kasteel, dat mag gezegd worden. We hebben zeker geen spijt dat we ook dit kasteel bezocht hebben, maar zou je moeten kiezen tussen Zvíkov en Orlík zouden we toch de eerste aanbevelen, zeker als je met kinderen gaat.
Omdat ons bezoek aan Orlík wat sneller erop zit dan gepland lopen we eens om het gebouw heen. Aan de achterkant bevindt zich de aanlegsteiger voor de boot waarmee je ook naar Zvíkov kunt. Naast de aanlegsteiger, lekker in de schaduw, is nog een terras van waaruit je een mooi uitzicht over de Vltava hebt. We nemen er plaats en voor de tweede keer vandaag bestellen we een Limo Malinová XL. En die is véél goedkoper, véél lekkerder en véél groter dan de XXL Kaffee langs de Duitse snelweg ;)
Wat kan vakantie toch heerlijk zijn.

full

Het ultieme vakantiegevoel: samen slurpen aan de malinová limonáda​

Even na vijven gaat de kiosk dicht en op een enkeling na (nog wachtend op een boot?) is ook het terras leeg. We lopen terug naar de parkeerplaats, stoppen wat kleingeld in de automaat, krijgen een uitrijkaartje en mogen we verder naar de volgende stop; 3 kilometer verderop ligt “Koncentrační tábor Lety”.
Het is even zoeken als de navigatie de kortste weg door het bos aanbeveelt en die afgezet blijkt te zijn voor een of andere sportwedstrijd, maar uiteindelijk komen we met een omweg toch op de juiste plek aan de andere kant van het bos. Ook daar is de ingang tot het bos afgezet door een verkeersregelaar en staan er twee sportverzorgers met drank, masseertafel en EHBO-tas klaar voor het geval er iets fout gaat.

Vanaf de parkeerplaats lopen we via een vrij nieuw ogend grindpad richting drie gereconstructueerde barakken waarvan er getuige het naastgelegen schaalmodel ooit veel meer hier hebben gestaan.

full

Schaalmodel van het concentratiekamp​

Concentratiekamp Lety was gedurende een groot deel van de Tweede Wereldoorlog een Duits concentratiekamp gelegen in het protectoraat “Böhmen & Mähren” dat diende om zogenaamde asocialen gevangen te houden en dwangarbeid te laten verrichten. In de praktijk werden vanaf 1942 vooral veel Roma zigeuners tot arbeid gedwongen, vandaar de toentertijd gebruikelijke kampnaam “Cikánský tábor v Letech”, oftewel “zigeunerkamp bij Lety”.

In juli 1940 zijn de Tsjechen hier begonnen een kamp voor criminelen te bouwen. De plek werd uitgekozen omdat door een storm niet lang ervoor de naastgelegen bossen, eigendom van kasteelheer Schwarzenberg, grotendeels verwoest waren. Op 17 juli 1940 arriveerden de eerste 12 gevangenen. Het waren Tsjechen die, in samenwerking met de Duitse bestuurders, veroordeelde criminelen hier naartoe stuurden en die ook de bewaking van het kamp verzorgden. Gedurende de jaren ‘40 en ’41 zaten zo hier enkele honderden criminelen gevangen. In 1942 werd door de Duitse bezetter in het protectoraat de regel ingevoerd dat Roma zigeuners niet meer vrij mochten reizen. In Duitsland zelf was deze wet al sinds 1940 van kracht, maar pas vanaf augustus 1942 ging ze ook in Bohemen en Moravië gelden.
De Duitse bezetter startte vanaf toen actief met het opsporen, oppakken en gevangen zetten van zigeuners en hen “die er een zigeunerachtige levensstijl op nahouden”. Het gevolg was dat de op dat moment in Lety verblijvende gevangenen (op 19 Roma na) vrijgelaten werden om plaats te maken voor opgepakte zigeuners. Van augustus 1942 tot december 1942 stroomde het voormalige werkkamp voor criminelen zo vol met meerdere honderden gearresteerde Roma.
In december 1942 besloot men in Berlijn dat vanaf dan zigeuners dezelfde status toegekend zou worden als Joden, met als gevolg dat Himmler het bevel liet uitgaan dat ook zigeuners gedeporteerd moesten worden naar de vernietigingskampen.
Op 4 december 1942 vond het eerste transport vanuit Lety plaats en werden 94 Roma overgebracht naar Auschwitz. Op 14 mei 1943 volgde een tweede, groter transport, ditmaal van 417 zigeuners.
Exacte totaalcijfers zijn niet bekend, maar men weet dat er minimaal 1309 zigeuners in Lety gevangen zijn gehouden, dat er minimaal 511 op transport zijn gezet waarvan het grootste deel in de gaskamers van Auschwitz om het leven kwam en dat er ook in Lety zelf al minimaal 326 gevangen Roma overleden zijn door ondervoeding of ziekte.

Na de oorlog raakte de geschiedenis rond de Roma en Sinti gemeenschap in de vergetelheid en in de jaren 70 van de 20e eeuw werd er, grotendeels op het terrein van het voormalige kamp, een grote varkensboerderij gebouwd waarmee ook de laatste zichtbare restanten van concentratiekamp Lety uit het landschap verdwenen. Historici begonnen in de jaren negentig zich weer te verdiepen in de zaak Lety en op 13 mei 1995 werd er door president Václav Havel een monument onthuld opdat de geschiedenis van Lety nooit meer vergeten zou worden. In 2010 volgde een reconstructie van 3 barakken met daarbij de aanleg van een park en een kleine tentoonstelling waar de geschiedenis van het kamp in beeld wordt gebracht.
In augustus 2017 kocht de Tsjechische overheid voor 450 miljoen kronen de varkensboerderij met het doel deze te slopen en op het terrein archeologisch onderzoek te gaan verrichten.

full

Interieur van een barak​

Vanaf het hek om de boerderij bezien lijkt er inderdaad vandaag de dag nauwelijks meer activiteit op de varkensboerderij te zijn. Bij het monument en bij de barakken is, op ons zelf na, ook geen enkele activiteit. Het ligt weliswaar op een vanaf de doorgaande weg nauwelijks zichtbare plek, misschien moet men nog iets aan de bekendheid van en bewegwijzering van het kamp doen, maar als je toch al hier in de buurt bent is het zeker de moeite waard er een kijkje te nemen.

In een van de barakken bekijken we een tentoonstelling over de geschiedenis van het kamp, de middelste barak is in gebruik als wc gebouw en in nummer drie heeft men het interieur gereconstrueerd. Met daarin onder andere een originele kachel die men ondanks dat er geen enkele vorm van toezicht is, slechts met drie schroeven in de vloer heeft vastgemaakt.
Hoe anders dan in bijvoorbeeld Sachsenhausen waar men uit angst voor aanslagen door neonazi’s ’s nachts bewakers heeft rondlopen en het terrein vol hangt met camera’s.

Het is hier niet alleen stil. Je wordt er ook stil van.

full

Roma-monument in het park​

Als we de tentoonstelling en het monument in het park bekeken hebben gaat het per auto terug zuidwaarts richting Písek. Onderweg stoppen we nog twee keer bij een van de blauwe vlaggetjes die we thuis al in de GPS gemarkeerd hadden. Bij beiden, vlakbij het dorpje Probulov, zou er volgens mapy.cz een Russisch graf vlak naast de weg liggen. Nieuwsgierig als we zijn willen we daar meer van weten. Van mapy.cz zijn we thuis niks wijzer geworden, misschien hier ter plekke wel.

Als we bij de eerste van de twee grafmonumenten stoppen komt er over de weg een wazige jongen van een jaar of 25 aanslenteren. Vanaf een afstand krijgen we de indruk dat hij wat diep in het glaasje gekeken heeft en als we de auto in de berm zetten weten we het zeker. Met een geopende fles bier in handen loopt hij slingerend over de weg en lukt het hem ternauwernood onze geparkeerde auto te ontwijken.

Omdat hij onverstoord over het asfalt verder loopt schenken we er verder geen aandacht aan en lopen richting het monument aan de rand van de akker.

Het monument met een laag hekwerk eromheen blijkt een gemeenschappelijk graf voor 5 Russische soldaten. Als we de Russische tekst op de marmeren grafsteen goed begrijpen zijn ze alle vijf omgekomen op 30 mei 1945. In eerste instantie begrijpen we niet goed hoe dat kan want in principe werd de tweede wereldoorlog op Tsjechisch grondgebied officieel beëindigd op 8 mei van dat jaar. Er werd weliswaar daarna bij Slivice op 11 en 12 mei nog een slag geleverd, maar op 30 mei moet het toch echt wel gedaan zijn geweest hier. Na aanvullend thuisspeurwerk op internet komen we erachter dat de vijf onfortuinlijke soldaten hier bij een auto-ongeluk op 30 mei 1945 om het leven zijn gekomen. Oorspronkelijk zou er een eenvoudig graf hier geweest zijn, maar ter ere van de dertigste verjaardag van de bevrijding heeft men er in 1975 een mooi monument van gemaakt, met marmeren grafsteen en twee bankjes erbij.

Even verderop stoppen we nog een keer, ditmaal bij een graf van één enkele soldaat die blijkens de tekst overleden zou moeten zijn op 6 juni 1945. Ook hier bij het graf geen voor ons leesbare toelichting over het hoe of waarom. En ook hier vinden we na wat thuisspeurwerk op het wereldwijde web het antwoord. Het betreft het graf van Semjon Pavlovich Rudenko, sergeant in het Russische leger, die hier een maand na de beëindiging van de oorlog onderweg was toen hij te paard in een plas water langs de weg op een granaat stapte. Zowel paard als sergeant Rudenko kwamen daarbij om het leven. Het schijnt dat Vladimir Rudenko, zijn zoon, hier in mei 1966 op bezoek was en de lokale bevolking daarbij hartelijk bedankte voor het onderhouden van het graf van zijn vader.

full

Eenzaam achtergebleven in een vreemd land​

Nadat we het graf en vooral zijn bijzondere ligging in het landschap op ons hebben laten inwerken rijden we door naar Písek waar we tegen half acht bij Indisch restaurant Tandoor achter een tafel neerploffen. Het restaurant ligt zowat naast de Griek waar we gisteren waren. Voor een habbekrats eten we ook vanavond weer ons buikje vol en rond, ditmaal zonder Tsjechisch pils maar met mango lassi.

Aansluitend genieten we nog even van een kort wandelingetje door het centrum en nemen we plaats op een terras langs de Otava vlakbij de stenen brug. Het gaat er vanavond een stuk minder luidruchtig aan toe dan gisteren zodat we rustig kunnen genieten van de ondergaande zon. Als die tegen kwart voor tien verdwenen is wandelen we terug naar het hotel, lezen we nog wat in een paar folders en kruipen we onder de wol. Alweer een dag vol verrassingen is ten einde gekomen.

full

Zonsondergang in Písek​

Morgen volgt een nieuwe dag met hopelijk meer verrassingen en gaan we ons verplaatsen naar Větřní, een dorpje net ten zuiden van Český Krumlov.

Uvidíme se zítra / tot morgen !
 
Dag 3 Woensdag 25 juli 2018: Písek, Putim, Prachatice

Vandaag hebben we grinnikend omgedoopt tot de dag van de “drie P’s”: we vertrekken uit Písek, stoppen onderweg kort in Putim en zullen dan het grootste deel van de middag in Prachatice doorbrengen. Einddoel voor vanavond en overnachtingsplaats voor de komende 11 dagen is Větřní, een dorpje enkele kilometers ten zuiden van Český Krumlov. Totale reisafstand voor vandaag: circa 85 kilometer.

Na een prima ontbijt waar we weer een aanbod voor een gebakken roerei afslaan zet ondergetekende zich een half uurtje achter de laptop om voor het thuisfront kort de belevenissen van gisteren te schetsen. In de tussentijd amuseert vrouwlief zich met een roman op de e-reader. Aansluitend worden de afsluitende formaliteiten met de hotelbazin afgehandeld, brengen we de laatste spulletjes naar de auto en vertrekken dan tegen 10.15 uur voor de eerste 8 kilometer richting Putim.

Putim is een typisch Zuid-Boheems dorpje van zo’n 500 inwoners dat gelegen is aan de Blanice, een zijriviertje van de Otava. Er zijn wel meer van die dorpjes op onze weg naar Prachatice waar we zouden kunnen stoppen, maar we hebben voor Putim gekozen vanwege twee zaken die je niet overal kunt zien: de goede soldaat Švejk, aan wie men in Putim een standbeeld gewijd heeft en een ossuarium op het plaatselijke kerkhof.

full

Landelijk plaatje langs de Blanice in Putim​

Nog geen kwartier nadat we bij het hotel in Písek in de auto stappen passeren we al de gemeentegrens van Putim. Als we via de doorgaande “140” op de brug over de Blanice rijden zien we even verderop een tweede brug over het riviertje. De pastelgroen geverfde ijzeren brug overspant eveneens de Blanice en vormt de westelijke toegangsweg tot het dorp. Als gevolg van zijn vorm en ouderdom is de brug tot beschermd technisch monument verklaard. Voordat de ijzeren brug door een Praagse firma hier in 1884 gebouwd werd lag er een houten voetgangersbrug die bij hoog water bij herhaling beschadigd werd. Eens vervangen door dit bredere stalen exemplaar hoefden er zelden meer herstelwerkzaamheden uitgevoerd te worden. Slechts bij de grote overstroming van 2002 raakte de brug nog eens zwaar beschadigd, iets dat in 2003 weer verholpen werd.

We rijden stapvoets over de stalen brug, maken een fotootje van de omgeving, rijden even door en komen dan nogmaals over een brug, ditmaal een stenen exemplaar dat over een tweede vertakking van de Blanice loopt. Ook deze brug blijkt een beschermd monument te zijn.
Direct achter deze brug staat Švejk al zijdelings van de weg, maar omdat we hier nergens de auto handig kunnen parkeren rijden we even door tot het centrum van het dorp.

Bij aankomst in het centrum parkeren we de auto op het dorpsplein waar net een werker met een grasmaaitractortje aan komt rijden. Erachter een vrouw (zijn vrouw?) met een gewone huis tuin en keuken grasmaaier. Ze stoppen allebei voor de plaatselijke hospoda (kroeg), één van de twee zet het reclamebord van de kroeg buiten en vervolgens gaan ze samen op het terras zitten, na een minuut gevolgd door een derde grasmaaimeneer. We vragen ons af of het biertje genuttigd wordt in diensttijd of dat men gewoon ergens het gras aan het maaien is en tussendoor een terrasje pikt. Gezellig is het in ieder geval wel. Het lijkt er toch een beetje op alsof dit een dagelijks tafereel is als de vrouw op een gegeven moment ergens een opslagruimte in loopt en met een tweede bij de hospoda horende reclamebord weer naar buiten loopt. Ook dat bord wordt aan de straatkant geplaatst waarna mevrouw weer plaatsneemt achter haar pot bier.

Wij wandelen richting stenen brug om de goede soldaat Švejk van dichtbij te bekijken.

De romanfiguur Švejk is ontsproten aan de verhalen van schrijver Jaroslav Hašek. In Duitsland is het boek in 1960 verfilmd met Heinz Rühmann in de hoofdrol, hier in Tsjechië is het in 56/57 verfilmd waarbij een deel (bij het douanekantoor) gefilmd is, in en rond een van de huizen in Putim waar we zojuist langs zijn gewandeld. Het schijnt dat er over de hele wereld 13 standbeelden van Švejk bestaan, maar tot 2014 stond geen enkele daarvan in Tsjechië. Omdat het in 2014 honderd jaar geleden was dat de eerste wereldoorlog uitbrak en er op dat moment uitsluitend beelden in het buitenland bestonden vond men het in Putim hoogste tijd eer te bewijzen aan de beroemde romanfiguur middels een bronzen beeld van de hand van kunstenaar František Svátek. Putim speelt een prominente rol in het anti-oorlogsverhaal van Hašek als Švejk te voet op weg is naar České Budějovice om zijn dienstplicht te ontlopen en hij in Putim opgepakt wordt.

full

Op bezoek bij Švejk, goed voor de knieën​

Nadat we met Švejk op de foto gaan moeten we nog even allebei over zijn schoen wrijven. Aan het glimmende brons is te zien dat ons al velen voorgingen. Men zegt dat als je hem over zijn linkerschoen wrijft je later nooit last van knieproblemen of artritis zult krijgen. Baat het niet, dan schaadt het niet. Je weet maar nooit. Op de terugweg naar het dorpsplein komen we langs het douanekantoor uit de film. Er hangt een mooi geelzwart grensschild op met daarnaast een infobordje met wat achtergrondinfo over wat dit huis zo speciaal maakt(e). Even verderop gaan we de bocht om en lopen naar de Laurentiuskerk die op een centrale heuvel in het dorp ligt. De kerk ziet er mooi uit maar is helaas dicht, dus blijft het bij het zicht dat we vanachter de tralies in het portaal naar binnen hebben.

full

De Laurentiuskerk

full

Laurentius houdt een oogje in het zeil, helaas is het toegangshek gesloten​

Langs de kerk ligt een kerkhof met een paar mooi gedecoreerde graven. Aan de achterkant de tweede bezienswaardigheid van Putim: het ossuarium. Een klein in 1741 opgericht gebouwtje ligt vol met skeletten waarvan men veronderstelt dat het slachtoffers van de Oostenrijkse successieoorlogen zijn (1740-1748). Het huidige arrangement van botten (bovenop) en schedels (voor uitsparingen in een houten wand) stamt uit 1829 toen pastoor Ondřeji Zlochovi de beenderen van de op het kerkhof begraven soldaten uit plaatsgebrek opruimde en in het ossuarium op een systematische en symmetrische manier ordende. Alhoewel we inmiddels al enkele ossuariums bezochten blijft het een wonderlijk fenomeen dat we uit onze streken zo niet kennen.
Aansluitend wandelen we nog even over het kerkhof waar zich het graf bevindt van een tweede persoon die beroemd is geworden door een roman: Jan Cimbura. We vinden het graf maar moeten thuis eens opzoeken waar die roman, geschreven door ene J. Baar, waarvan de broer, ooit priester hier, enkele meters verderop ligt, precies over gaat. Het schijnt in ieder geval iets te maken te hebben met een ongelofelijk sterke boer.

full

Grafkruis Jan Cimbura​

full

Ossuarium achter de kerk​

full

Humor hebben ze wel, die bouwvakkers in Putim​

Als we terug bij de auto zijn komen de grasmaaiers net van het terras bij Hospoda U Cimbury af en kan de maaipartij beginnen. Tenzij men daar op het gras natuurlijk eerst voor een bierpauze gaat…

Het is inmiddels 12 uur en ook wij zijn toe aan een hapje en een drankje. Toch besluiten we eerst naar het dik 30 kilometer verder liggende Prachatice te rijden alvorens ons te laven.

Prachatice is een stadje van ongeveer 10.000 inwoners dat in het verleden een belangrijke plaats was aan het Zlatá Stezka, vrij vertaald het Gouden Pad. Het Gouden Pad was een belangrijke handelsroute die in de middeleeuwen Bohemen met de Donauregio verbond. Vanuit Passau (D.) was het vooral zout uit Salzburg en Berchtesgaden dat met paarden en pakezels over de bergen van de Šumava, bij ons beter bekend onder de naam “Boheemse woud”, naar de andere kant vervoerd werd. Vanuit Tsjechische zijde werden dan hop, mout en andere waren mee terug genomen. Er waren meerdere routes maar de route Passau-Prachatice is de oudste. Prachatice wordt voor het eerst in de 11e eeuw in officiële stukken genoemd als opslagplaats voor handelswaar en heet dan nog Pragaticih. De plek bevond zich toen buiten de stadskern van het huidige Prachatice. Een snelle groei maakte de stad door vanaf 1381 toen koning Wenceslas IV op naar Bohemen ingevoerd zout het zogenaamde stapelrecht invoerde. Dit hield in dat op doorreis zijnde handelaren verplicht waren gedurende een bepaalde tijdspanne op een stapelplaats in de stad hun handelswaar op te stapelen en te koop aan te bieden. Veelal werd daarbij in de betreffende handelssteden ook nog eens tol en belasting op de aangeboden waar geheven, zo ook in Prachatice.
In 1420 namen de Hussieten onder leiding van Jan Žižka de stad in waarbij het grootste deel van de mannelijke bevolking in de kerk bijeen gedreven werd en vervolgens om het leven kwam bij een door de Hussieten aangestoken brand. Na een korte periode als vrije Boheemse koningsstad werden in 1501 de heren van Rožmberk eigenaar van Prachatice. Keizer Rudolph II kocht in 1601 de stad van de familie Rožmberk over, maakte er weliswaar opnieuw een koningsstad van, maar besloot in 1609 de handelsroute te verleggen naar het Linecká stezka (Linzer Pad). De tot dan toe bloeiende handelsstad Prachatice lag daardoor niet meer op de route die van Linz (in het huidige Oostenrijk) via České Budějovice verder richting Praag liep. In 1612 bedroeg de jaarlijkse tolomzet in České Budějovice al het vijfvoudige van die in Prachatice. Toen het Beierse zout als gevolg van het in 1692 ingevoerde zoutmonopolie geheel verdrongen werd door Oostenrijks zout en de laatste zoutopslagplaatsen verplaatst werden naar Český Krumlov kwam een definitief einde aan de eeuwenlange bloeitijd van Prachatice.

full

Velké Námestí- het grote plein​

full

Nová radnice - het nieuwe raadhuis

full

Národní dům- het nationale huis

full

Heydlův dům
Als we door de straten van de stad slenteren zien we tal van met sgraffito versierde huisgevels waarvan rijkdom en voorstellingen herinneren aan de betere tijden die de stad en haar inwoners ooit dankzij de handel langs het Gouden Pad gekend hebben. Prachatice bezit een prachtig marktplein met oude huizen vol sgraffito-voorstellingen en een nieuw raadhuis van rond 1900 dat met eenzelfde soort versieringen is opgetrokken. In het voormalige stadhuis, direct naast het nieuwe stadhuis aan het plein gelegen, bevindt zich de VVV waar we een verzameling folders inslaan. Met de handen vol info over Prachatice en omgeving nemen we even verderop plaats op een terras en storten ons op een heerlijk stuk taart met koffie, gevolgd door een lekker frisse cola. Al smikkelend en lezend kunnen we vanaf het schaduwrijke plekje op het terras de huizen aan het plein bewonderen. Thuis in NL is het inmiddels 34 graden, hier valt het met 27 graden Celsius nog reuze mee.

full

In tegenstelling tot in Duitsland zijn hier de lepels in de cappuccino wel lang genoeg ;)

full

Mmmmmm, van Prachatice​

Nadat taart en koffie op zijn bezoeken we aan de overkant van het plein het Prachatické muzeum. Dit stadsmuseum bevindt zich in het Sitrův dům, een uit 1604 stammend renaissance-huis met gotische oorsprong dat zijn naam dankt aan zijn eerste eigenaar; Ambrož Sitr. Het huis bezit een van de rijkst versierde voorgevels aan het plein waarop vier deugden als allegorieën uitgebeeld worden. Zijdelings van de ramen op de eerste verdieping zien we Justitia (Gerechtigheid), Patientia (Geduld), Prudentia (Vorzichtigheid) en Fortitudo (Moed).
Binnen is er een interessante tentoonstelling over de geschiedenis van de stad en over de geschiedenis van het Gouden Pad waarvan we o.a. een uitgebreide film bekijken. Langzaam wordt ons duidelijk hoe het er vroeger hier aan toe ging en welke belangrijke rol de stad in toen speelde. Enkele voor Prachatice historisch belangrijke momenten worden elders in het museum middels in klederdracht getooide poppen in bij de tijd passende omgeving treffend uitgebeeld.
Opmerkelijk onderdeel van de tentoonstelling: een paar schietschijven die ooit door de burgerwacht gebruikt werden. Deze in 1750 opgerichte stadswacht bestond uit burgers die geselecteerd waren op wie het beste kon schieten. Wilde je als burger bij de stadswacht, dan mocht je je kunsten demonstreren op de schietschijven. Wie het vaakst raak schoot mocht bij de stadswacht die als taak had de burgers en de stad tegen vijanden te beschermen.
Ooit stonden de schijven voor de stadsmuren, nu hangen ze boven een paar originele geweren in het stadsmuseum. Met de kogelgaten er nog in. In het bijbehorende winkeltje verkoopt men miniatuurversies van de schietschijven als souvenir…

full

Het stadsbeeld van Prachatice anno 1670​

full

Schietschijven van de burgerwacht. De gaten zitten er nog in...​

full

mei 1611, Petr Vok betaalt zijn laatste spaarcentjes aan de troepen uit Passau ter bescherming van de stad​

Na het stadsmuseum lopen we een tweede museum aan de markt binnen. Muzeum české loutky a cirkusu; het marionetten en circusmuseum. Waren er in het stadsmuseum nog 4 andere bezoekers, hier zijn we de enigen. Op drie verdiepingen is een uitgebreide tentoonstelling te zien van handgemaakte marionetten (het grootste deel uit het begin van de 20e eeuw, waaronder een aantal heel koddige exemplaren), aangevuld door een overzicht van de geschiedenis van het circus met een paar bijzondere circusattributen. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat we eigenlijk niet de enigen in dit gebouw zijn; in zowat één op de drie ruimtes is er een vriendelijk kijkende suppoost die toezicht houdt op de schatten. Geen van hen spreekt ook maar één woordje over de grens, maar met de vingers de juiste route door het pand aanwijzen lukt hen allen. Met enkele gebaren weet de suppoost in de voorlaatste ruimte vrouwlief over te halen en hendeltje voor een vitrine te bewegen. Het hilarische effect: de borsten van de zeemeermin in het Panoptikum bewegen op en neer. Voor het thuisfront wordt het gezwengel lachend herhaald en op film vastgelegd.

full

Muzeum české loutky a cirkusu, een bonte verzameling van historische marionetten

full

Ridders, boeren, burgers en de duivel

full

Theatermarionetten van rond 1920​

Als we na een dik uur door de poppen en circusattributen gedwaald te hebben weer het marktplein betreden is het nog steeds zonnig en warm. We nemen plaats onder de Pilsner Urquell parasols op een tweede terras en genieten in de schaduw van een huisgemaakte frambozenlimonade. Dat zal beslist niet de laatste van deze vakantie worden. Met plezier hengelen we middels de rietjes de frambozen van de bodem van het glas en omdat het zo lekker en leuk was bestellen we nog een tweede.
Vanaf het terras zien we hoe de kassamedewerkster van het poppenmuseum een half uur eerder dan gepland bij gebrek aan bezoekers de hoofdpoort sluit. Het pand even verderop geniet meer belangstelling. Het gebruikelijke Vietnamezenwinkeltje verkoopt van alles, van speelgoed tot rugzak, van hoeden en petjes tot plastic bloemen. Wat en contrast tussen die moderne kitsch en de sgraffito gevel van het eeuwenoude huis.

full

Rumpálův dům, plastic bloemen te koop onder een sgraffito gevel​

Tegen half zes wandelen we met een frisse buik terug naar de auto om te beginnen aan het ritje naar Větřní, een dorpje 5 km ten zuiden van Český Krumlov waar ons pension voor de komende 11 nachten ligt. Volgens Domme Tommie zou dat in 45 minuten gefixed moeten zijn, maar door twee grote wegomleidingen doen we er uiteindelijk bijna anderhalf uur over. We hebben thuis op internet regelmatig klaagzangen van toeristen over de toestand van de Tsjechische wegen gelezen, maar ook hier hoor je ons niet klagen. Bijna perfecte wegen buiten de bebouwde kom maken dat het prima rijden is. Slechts hier en daar een roekeloze Tsjech die niet snapt wat zijn en wat onze weghelft is maakt dat je er met de volle 100% bij moet blijven. Aan het asfalt zal het zeker niet liggen.

Bij aankomst in Větřní een prachtige pension, prachtige tuin, prachtige vijver, prachtig binnenhof en een warm welkom. Grote kamer, kleine douche en een heerlijk zacht bed.
Aansluitend verorberen we een heerlijke avondmaaltijd voor een aangename prijs, alweer net geen 25 euro met ook hier een halve liter smakelijk bier uit de tap voor 1,20 euro. Ook vrouwlief is zeer tevreden over het dito geprijsde kersenbier uit de fles. We hebben zo’n vermoeden dat we hier nog meerdere keren gaan belanden J

Tegen negen uur zijn we dan terug op de kamer. Het pension lijkt compleet vol te zitten. Op de parking 1 Poolse auto en de rest Tsjechen, waarvan waarschijnlijk 1 gehuurd voor een rondrit door het land, want in gebruik door Hebreeuws sprekende mensen.
Lang blijven we niet wakker, de oogluikjes vallen snel dicht.

Morgen gaan we naar het kasteel van Český Krumlov.
Dus: morgen meer.
Nashledanou!
 
Bovenaan